Verdienen
Een van de leerkrachten van onze school klaagt steeds over zijn elektriciteitsrekening. Hij heeft al herhaaldelijk gevraagd of ik ervoor kan zorgen dat zijn installatie wordt doorgemeten. Een tijdje geleden had ik het er weer eens met hem over. Hij was erg verontwaardigd. De man die maandelijks de gebruikswaarden opneemt, had hem aangeboden om voor een kleine vergoeding elke maand zijn gebruik fictief te verlagen.
Ook de politie geeft bij het uitschrijven van een bekeuring standaard aan dat er de mogelijkheid bestaat de helft van het bedrag aan hem te betalen. Dat is trouwens erg aantrekkelijk, want zonder automatische incasso is het braaf betalen van een bekeuring in Bolivia een hele toer. Twee uur in de rij zitten voordat je aan de beurt bent, en steeds van het kastje naar de muur gestuurd worden, is een veel zwaardere boete dan de 40 boliviano (omgerekend 4 euro) van de standaardboete.Sommige voorvallen zijn misschien nauwelijks corruptie, maar komen daardoor veelvuldig voor. Onlangs had een van de bouwvakkers last van zijn oog. Aangezien hij twee uur in de bus moet zitten om de dichtstbijzijnde oogarts te bezoeken, beloofde hij mij dat hij in de middag weer op het werk zou zijn. Pas aan het eind van de middag kwam hij weer opdagen. Hij vertelde dat er een rijke vrouw was die verschillende familieleden aan hun ogen wilde laten helpen. En terwijl de wachtkamer vol zat, bood ze zonder schaamte 30 procent van het gebruikelijke bedrag van een consult als bonus als haar patiënten gelijk geholpen zouden worden.
Misschien moeten we dit gewoon marktwerking in de zorg noemen, maar het idee is precies hetzelfde als bij de voorgaande voorvallen: iedereen probeert een extraatje boven op zijn salaris te regelen.
Erger is het als het vergaande gevolgen heeft voor de betrokkenen. Een aantal maanden geleden werd ik, bij wijze van laster, aangeklaagd voor huisvredebreuk. Daar staat in Bolivia vier jaar gevangenisstraf op. De hele rechtszaak op zich had al een luchtje, omdat de aanklacht volledig vals was en gevoed werd door religieuze weerzin tegen onze activiteiten. Het straalde ervan af dat de aanklagers gewoon geld wilden zien en ervan uitgingen dat wij onze tijd niet wilden verliezen aan een of andere suffe rechtszaak en hun de verzochte 3000 dollar wel zouden geven. Afpersing dus.
Gelukkig stonden we juridisch heel sterk. Ik de rechter verzocht het recht zijn loop te laten hebben. Vervolgens werd ons van alle kanten aangeraden de rechter om te kopen. Zelfs onze vooraanstaande advocaat van een kantoor uit Santa Cruz was van mening dat er weinig hoop voor mij was als ik de rechter niet zou omkopen.
Op een zaterdag belde mijn advocaat dat hij een ingang had gevonden om via via de rechter 500 dollar te bieden. Ik moest voor 12.00 uur beslissen. Op dat moment was ik met een aantal lokale mensen uit Loma Alta bezig met het plaatsen van een hekwerk om de school. Betere adviseurs kon ik me niet wensen, dus heb ik het gewoon in de groep gegooid. Er kwam een interessante discussie los. De meesten vonden dat het betalen van smeergeld volledig gerechtvaardigd was, omdat de salarissen van een rechter zo laag zijn. En op deze manier zou ik hem betalen voor een geboden service, waar niets mis mee zou zijn. Ik hield hun voor dat het vanuit mijn gezichtspunt misschien wel gewoon het helpen van de rechter is om een rechtvaardig besluit te nemen, maar voor de tegenpartij is dat volledig tegenovergesteld. Wat als zij hetzelfde doen?
Uiteindelijk heb ik mijn adviseurs meegedeeld dat het heel aantrekkelijk en verstandig lijkt, maar dat we totaal vergeten zijn rekening te houden met de visie van onze God. Is het niet zo dat als wij het recht willen beïnvloeden, de Heere er Zijn zegen niet meer aan kan verbinden? Is het niet blasfemisch eerst iemand om te kopen en daarna tot God te bidden om genezing voor je oog? Komt de Heere wel mee als wij zelf het roer overnemen en het recht naar onze hand zetten? Eén ding weten we zeker. Dat we bij het inkopen van de rechter God uitkopen.
De auteur is samen met zijn vrouw door Oikonomos foundation uitgezonden naar Bolivia. Als ontwikkelingswerkers dragen ze bij aan het werk van de NAGM, de zendingsorganisatie van de Netherlands Reformed Congregations (NRC) in Noord-Amerika.