De kostprijs van een big bedraagt ruim 53 euro, de hoogste stand in tien jaar, zo blijkt uit het landelijk biggenprijsschema van deze maand.De berekeningen van de Animal Sciences Group (ASG) van de Wageningen Universiteit zijn gebaseerd op de technische en economische resultaten van 2006, en gecorrigeerd naar de huidige voerprijzen.

Vooral deze voerprijzen drukken een stempel op de kostprijsontwikkeling. De mestkosten zijn ongewijzigd ten opzichte van de berekening in juli 2007 meegenomen, en verschillen volgens de ASG sterk per regio.

Een vermeerderaar betaalt nu 580,64 euro per zeug, ruim 100 euro meer dan in juli vorig jaar. Door de hogere voerprijs stijgen ook de rentekosten. De vleesvarkenshouder betaalt meer voor de big, en stopt voor 16,15 euro meer voer in het dier. De kostprijs stijgt daarmee met ruim 12 procent naar 157,49 euro per afgeleverd varken.

Varkenshandelaar Piet de Koning uit Hedel bevestigt het beeld. De Koning stelt met andere handelaren van de Utrechtse varkensbeurs iedere vrijdagavond in café De Posthoorn in Montfoort de zogenaamde ”Vleutennoteringen” vast en geeft ze door aan deze krant. De prijzen staan rechtsonder op deze pagina.

Naast de stijgende voerprijzen wijst De Koning op de mestafzet waarvoor de boeren diep in de buidel moeten tasten. „Mest is in feite geld waard maar wij zijn in Nederland zo gek om er geld voor te betalen.”

De afleverprijs voor de varkenshouders ligt al enkele weken op 1,25 euro per kilo. Voor biggen is de markt al niet anders, schildert De Koning. „De kostprijs van een big was vorig jaar 53 euro terwijl de opbrengst 36 euro was. En als de kostprijs hoog is en de opbrengst laag, kun je dat een tijdje volhouden maar niet te lang. In de varkenshouderij is de afgelopen jaren dan ook enorm veel geld verloren.”

Het klimaat in de varkenshandel is veranderd, weet De Koning. „De vleeshandel ziet boeren niet meer als partner maar als grondstofleverancier. Een relatie tussen die twee partijen is er eigenlijk niet meer.”

Jan Vernooy (54) is directeur van varkenshandel De Heer uit Woerden. Op verschillende bedrijven, waaronder die in Beusichem, lopen een slordige 2000 vleesvarkens. Ook Vernooy noemt de mestafzet en de kosten van het krachtvoer als boosdoener. „Een varken kost 42 tot 45 eurocent per kilogram groei. Een jaar geleden stopte je in een varken van 95 kilo dus voor pakweg 45 euro aan voer. Nu loopt dat tegen de 60 euro. De voerkosten zijn excessief gestegen.”

Vernooy typeert het jaar 2006 voor de varkenshandel als „goed” en 2007 als „dramatisch.”

De sector hangt volgens hem „aan het zijden draadje van de bank.” Investeringen in onder meer stallen blijven achterwege, wat weer gevolgen heeft voor de toekomst. „Per jaar loopt het aantal varkensbedrijven in Nederland met 10 procent terug. De schaalvergroting gaat hard.”

Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) waren er in 1995 nog ruim 22.000 varkensbedrijven in Nederland. Vijf jaar later waren dat er nog 14.500 en in 2005 lag het aantal op net onder de 10.000. Vernooy: „We gaan toe naar 6500 bedrijven.”

In 2005 telde het CBS overigens ruim 11 miljoen varkens in Nederland. Vernooy houdt hoop voor de toekomst. „Stel dat ineens alle Chinezen varkensvlees gaan kopen, dan krijg je natuurlijk een enorme zuiging. Dat zag je ook met melk. De prijs daarvoor rijst nu de pan uit.”