Voordat de windmolens werkelijk kunnen worden gebouwd, moet het plan nog wel worden getoetst aan internationale richtlijnen voor de bescherming van de natuur. Het principebesluit betekent een verlies voor Faber. Die vindt dat de hoge bouwwerken daar te verstorend werken op de natuur en vooral op vogels. Minister Pronk zou na lang aarzelen toch voor de duurzame energiewinning hebben gekozen.

Het gaat om 109 windmolens van 60 tot 75 meter hoog die aan weerszijden van de dijk in het water komen te staan. De opgewekte elektriciteit (300 megawatt) is voldoende voor 250.000 huishoudens.

Op de mogelijke bouw van de windmolens bestaat veel kritiek, zowel vanuit de politiek als vanuit de natuur– en milieubeweging. Het Wereld Natuur Fonds, de Waddenvereniging en de Vogelbescherming zijn fel tegen. Volgens hen zullen jaarlijks tussen de 10.000 en 15.000 vogels zich te pletter vliegen tegen de wieken van de hoge windturbines. Er zullen volgens de natuurbeschermers nog meer vogels sneuvelen, omdat zij om het windpark heen moeten vliegen. Dat vergroot de kans dat zij niet op de juiste plek uitkomen.

Het Wereld Natuur Fonds wil wel dat er veel meer windmolenparken komen, maar niet op die locatie. Volgens het WNF is het beter ze bijvoorbeeld in zee te plaatsen, enkele kilometers buiten de kust.

Momenteel voorzien windmolens in 1,5 procent van de Nederlandse energiebehoefte en de provincies willen daar 5 procent van maken. Volgens het WNF is er voldoende plek voor 60.000 molens die zelfs drie keer de energiebehoefte kunnen leveren.

Verdeeld
Het is nog de vraag of de politiek instemt met de plannen. Ook de Tweede Kamer is sterk verdeeld over windmolens langs de Afsluitdijk. D66, GroenLinks, ChristenUnie en de SP zijn tegen, CDA, VVD en SGP zijn voor. De beslissing lijkt af te hangen van de PvdA, die nog geen standpunt heeft ingenomen. De PvdA wil eerst de uitkomst van de milieueffectrapportage afwachten.