Schutte neemt geen afstand van onderzoek trapongeval
UTRECHT (ANP) – Schutte heeft donderdag tijdens de raadcommissie Bestuur en Veiligheid geen afstand genomen van zijn onderzoek naar het Utrechtse trapongeval.
De raadscommissie probeerde opheldering te krijgen over de grote verschillen tussen het onderzoek van het openbaar ministerie (OM) en dat van de onafhankelijke commissie–Schutte over het trapincident. Volgens het OM was de gemeente wel degelijk op de hoogte was van mankementen aan de ingestorte werftrap. Schutte concludeerde dat niemand de gebreken had kunnen zien.Schutte zei niet verbaasd te zijn over de twee verschillende uitkomsten. „Het OM heeft andere bevoegdheden tijdens een onderzoek dan een onafhankelijke commissie. Hierdoor is het goed mogelijk dat er twee verschillende conclusies uitkomen".
De hoofdofficier van justitie, Marc van Nimwegen, gaf ook uitleg over het onderzoek van het OM. Duidelijk werd dat het OM in november 2006 burgemeester Brouwer–Korf op de hoogte bracht van mogelijk voorbarige conclusies van de commissie–Schutte. Van Nimwegen waarschuwde Brouwer omdat hij wilde voorkomen dat nabestaanden van de slachtoffers later alsnog te horen zouden krijgen dat het ongeval wel degelijk vermijdbaar was.
Het trapongeluk vond plaats op 6 augustus 2006. Tijdens een muzikale botenparade in Utrecht kwam een trap los van een werfmuur. Bij het ongeval kwam een persoon om het leven en vielen twintig gewonden.
Donderdagavond debatteert de Utrechtse raad over de onderzoeken naar het trapincident.