Moore stond op 22 september 1975 slechts twaalf meter af van Ford toen ze buiten een hotel in San Francisco een kogel op hem afvuurde. Een gehandicapte oud–marinier, die naast haar stond, sloeg op het laatste moment tegen haar arm. De kogel vloog een meter over het hoofd van Ford heen.Eerder op de dag was Moore opgepakt door agenten van de geheime dienst omdat ze zich schuldig had gemaakt aan telefonische bedreiging. Ze namen haar haar vuurwapen af. Moore werd aangeklaagd voor wapenbezit en vrijgelaten. Onmiddellijk kocht ze een ander wapen en ging ze naar het St. Francis Hotel, waar ze buiten in de menigte wachtte tot Ford verscheen.

Twee weken daarvoor poogde een volgeling van sekteleider Charles Manson, Lynette ’Squeaky’ Fromme, de president in Sacramento te vermoorden. Fromme zit een levenslange straf uit in Texas. De sekte van Manson doodde in 1969 zeven mensen. Manson zit een meervoudige levenslange celstraf uit.

Moore, die nu 77 is, zei in recente interviews spijt te hebben van haar daad. Haar radicale politieke overtuigingen hadden haar verblind, zei ze. Ze was er van overtuigd geraakt dat de regering de oorlog had verklaard tegen mensen met linkse overtuigingen. ‘Ik functioneerde, denk ik, uitsluitend op adrenaline en dacht niet helder na Ik luisterde alleen naar wat ik wilde horen’, zei ze een jaar geleden tegen KGO–TV. Moore, die bij verschillende radicale groeperingen betrokken was, kreeg levenslang, maar is wegens goed gedrag op vrije voeten gesteld. Ford overleed een jaar geleden.

Uit een onderzoek door het Congres naar de moordaanslagen bleek dat de Secret Service een lijst bijhield met daarop bijna vijftigduizend Amerikanen die de president mogelijk iets wilden aandoen. Geen van de twee vrouwen stond op de lijst.