Olmert: Palestijnen moeten geweld staken
JERUZALEM - Israël zet pas stappen richting vrede met de Palestijnen als zij hun militante bewegingen aanpakken. Dat heeft de Israëlische premier Ehud Olmert zondag gezegd. Hij is woedend omdat Palestijnse strijders vrijdag twee Israëlische soldaten die met verlof waren, hebben doodgeschoten. De militante organisaties Hamas, Islamitische Jihad en de Al-Aqsa Martelarenbrigades eisten de aanval op.
Olmert en de Palestijnse president Mahmud Abbas zegden vorige maand op de Annapolistop toe het vredesoverleg te hervatten. Ze beloofden ernaar te streven dat er voor het eind van 2008 een vredesovereenkomst gesloten wordt. Maar al snel lijkt de klad in hun -al dan niet oprechte- voornemens gekomen.Het Palestijnse bestuur doet te weinig doet om terreurorganisaties aan te pakken, zei Olmert. Totdat de militante bewegingen in het gareel zijn gebracht kan Israël geen beleidsveranderingen doorvoeren die zijn veiligheid in gevaar brengen, zei Olmert. De Palestijnse toponderhandelaar Saeb Erekat zei echter dat oprechte dialoog het juiste antwoord is op gewelddadigheden. De regering van Abbas heeft alleen gezag op de Westelijke Jordaanoever en niet in de Gazastrook, waar Hamas en Islamitische Jihad actief zijn.
Israël en de Palestijnen hebben ook geen oplossing gevonden voor de onenigheid over een Israëlisch plan om ruim 300 appartementen te bouwen in Oost-Jeruzalem. De Palestijnen claimen dat deel van de heilige stad als de hoofdstad van hun toekomstige staat. Een medewerkers van Abbas, Yasser Abed Rabbo, zei dat de Palestijnen het geschil laten voor wat het is om te voorkomen dat Israël hen ervan beschuldigt het vredesproces te saboteren. De Amerikaanse president George Bush bezoekt op 8 januari Israël.
Uit een zondag verschenen rapport van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem blijkt dat Israëlische troepen in 2007 373 Palestijnen doodden dat de en Palestijnen 13 Israëliërs doodden. Het geweld tussen Israëliërs en Palestijnen is daarmee met bijna de helft gedaald vergeleken met 2006.
Sinds september 2000, het begin van de tweede Palestijnse opstand, zijn meer dan 4500 Palestijnen en 1100 Israëliërs omgekomen. De meeste Palestijnse slachtoffers vielen bij operaties door het Israëlische leger in de Gazastrook, waar de militante Hamas aan de macht is. Israël zegt pas vrede te willen sluiten als de raketbeschietingen vanuit Gaza op Israël ophouden, dat wil zeggen als de militante Palestijnse bewegingen in het gareel worden gehouden. Bij de beschietingen vallen echter nauwelijks slachtoffers en wordt ook bijna geen schade aangericht. De Israëlische doden, zeven burgers en zes militairen en agenten, vielen bij raketaanvallen, schietpartijen en één zelfmoordaanslag.
De Europese Unie heeft zondag haar veroordeling uitgesproken over het misbruik van humanitaire hulp door extremisten die hebben geprobeerd 6,5 ton potassium nitraat in nepsuikerzakken van de Westoever naar de Gazastrook te smokkelen. Potassium nitraat kan worden gebruikt voor het maken van explosieven. Ook degenen die zich aan dergelijke smokkel schuldig maken werden door de EU gehekeld.
Het Israëlische leger onderschepte enkele weken geleden op de Westoever voor de Gazastrook bestemde suikerzakken die gezien het opschrift kennelijk afkomstig waren uit de EU. De precieze datum van de inbeslagname en de identiteit van de verzenders worden vooralsnog geheimgehouden, maar wel zijn foto’s vrijgegeven waarop te zien valt dat de zakken gemarkeerd zijn met: EEC 2 Sugar Exported From E.U.
Woordvoerder Alix de Mauny van de Europese Commissie zei dat de suikerzakken nep zijn en dat de EU geen suiker naar de Palestijnse gebieden uitvoert. Hij zei dat „het misbruik van humanitaire hulp voor niet-humanitaire doeleinden” de hulpinspanningen van de EU ten behoeve van de Palestijnen bemoeilijkt.