Eerder werd Jethro W. door de rechtbank van algehele dienstweigering vrijgesproken omdat hij ander werk dan de Afghanistanmissie niet weigerde. Maar de rechtbank vond destijds dat er wel sprake was van het weigeren van een bevel.Het hof concludeert dat op het moment dat W. niet naar Afghanistan wilde, hij officieel nog helemaal geen bevel had gekregen. Tot die slotsom kwam twee weken geleden ook het openbaar ministerie na nader onderzoek. De advocaat-generaal vroeg daarom ook al vrijspraak.

Al vanaf de eerste dagvaarding voor de militaire kamer van de rechtbank in Arnhem stelden W. en zijn advocaat bovendien dat er sprake was van psychische klachten door een eerdere uitzending. Die hadden defensie er sowieso al van moeten weerhouden om W. opnieuw aan te wijzen voor een missie.

In november schreef toenmalig staatssecretaris Van der Knaap aan de Tweede Kamer dat Defensie het welzijn van militairen die op uitzending zijn geweest, beter in de gaten zal houden. Aanleiding voor die aanscherping vormden rechtszaken tegen militairen die niet naar Afghanistan wilden wegens psychische klachten waarvan Defensie niet op de hoogte was.

Een vragenlijst die militairen na een uitzending voorgelegd krijgen, moet nauwkeurig op signalen worden bekeken. Wil de militair geen hulp, dan moet dat ook in het dossier komen. Als de lijst niet wordt teruggestuurd, moet de militaire arts erachteraan gaan. Defensie moet zo beter zicht krijgen op de inzetbaarheid bij een nieuwe uitzending.