Azië herdenkt tsunami
CALANG, 26 dec. (AP) – Overlevenden van de tsunami die op 26 december 2004 in twaalf landen aan de Indische Oceaan zo’n 230.000 mensen het leven kostte, hebben woensdag met gebedsdiensten de ramp van drie jaar geleden herdacht. In verscheidene kustgebieden zijn oefeningen gehouden om het netwerk van veiligheidsvoorzieningen te testen dat inmiddels in het leven is geroepen.
De ramp werd veroorzaakt door de zwaarste aardbeving in veertig jaar. Met name kustgebieden van het Indonesiche Atjeh, Sri Lanka, Thailand en India kregen ongekend hoge vloedgolven te verduren. In Atjeh werd bijna de helft van het aantal dodelijke slachtoffers geregistreerd; in India en Sri Lanka vielen in totaal ongeveer 45.000 doden; in Thailand kwam het dodencijfer tot rond de vijfduizend, van wie de helft buitenlandse toeristen.
De Indonesische autoriteiten bleken niet in staat naar behoren op de ramp te reageren. Weken later lagen lijken nog in de straten. De meeste slachtoffers zijn nooit formeel gedentificeerd. Tienduizenden belandden in massagraven.
Een van de nabestaanden, Nur Aini, die haar echtgenoot en een van haar twee kinderen in de vloedgolven heeft verloren, zei woensdag: ‘We bidden vandaag voor hen, hoewel we niet weten waar zij begraven zijn’.
De ramp leidde mondiaal tot grootschalige hulpverlening. Regeringen, bedrijven en actievoerders zegden ruim 9 miljard euro aan hulpfondsen toe. In Atjeh zijn inmiddels ruim honderdduizend woningen, tientallen scholen en verscheidene ziekenhuizen gebouwd. Ook is er vele kilometers weg aangelegd. Hoewel incidenteel wordt geklaagd over corruptie en verspilling, zijn de meeste betrokkenen positief over het verloop van de hulpwerkzaamheden.
De gouverneur van Atjeh, Irwandi Yusuf, zei woensdag tijdens een gebedsdienst in de zwaargetroffen stad Calang dat hij hoopt dat Indonesië ooit zijn schuld aan de wereldgemeenschap kan terugbetalen door andere landen te helpen die door een ramp worden getroffen.
In Thailand vonden tal van plechtigheden plaats, zoals op het strand van Phuket Patong, waar bloemen in het zand werden gelegd. Boeddhistische monniken staken wierookstokjes aan en leidden een oecumenische dienst.
De Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono woonde persoonlijk een veiligheidsoefening bij op het westelijke uiteinde van het eiland Java, niet ver van de hoofdstad Jakarta. Er klonken sirenes, waarna honderden deelnemers ongeveer twee kilometer landinwaarts renden. Er is een uitgebreid netwerk van boeien en hoogontwikkelde communicatieapparatuur genstalleerd, dat in het geval van een aardbeving de inwoners van kustgebieden tijdig moet alarmeren.