Kerk & religie

„China heeft nog groot tekort aan Bijbels”

AMERSFOORT - Christenen in China zitten minder lang in de gevangenis dan voorheen. De overheid heeft ontdekt dat als je er één christen instopt, er veel meer uitkomen, zegt R. M. (Rien) Meijer, directeur van Bible League Nederland.

K. van der Zwaag
24 December 2007 09:18Gewijzigd op 14 November 2020 05:24
AMERSFOORT – Rien Meijer, directeur van Bible League Nederland, pakt Bijbels uit die bedoeld zijn voor China. „Per jaar mogen er in China 1,5 miljoen Bijbels worden gedrukt, maar de behoefte is tien keer zo groot.” Foto Bible League
AMERSFOORT – Rien Meijer, directeur van Bible League Nederland, pakt Bijbels uit die bedoeld zijn voor China. „Per jaar mogen er in China 1,5 miljoen Bijbels worden gedrukt, maar de behoefte is tien keer zo groot.” Foto Bible League

Meijer maakte recent een reis naar China om te kijken naar mogelijkheden voor Bijbelverspreiding. Het land heeft een opmerkelijk tekort aan Bijbels, concludeert Meijer. De Bible League probeert daarin te voorzien, onder meer via een drukker uit Japan. „Bijbels worden vanuit Japan ongesneden in blokken van één kubieke meter op pallets naar Indonesië gestuurd en daar gebonden. Per week wordt door koeriers 2 ton aan Bijbels overgebracht via verschillende grensovergangen.”Gemiddeld betekent dit ongeveer 6000 Bijbels per week, dat wil zeggen 300.000 per jaar. „Dat is bij lange na niet genoeg”, stelt Meijer. „Ook wat er in China voor de officiële Drie Zelfkerken gedrukt wordt, is onvoldoende, evenals wat via andere organisaties wordt binnengebracht of clandestien in China wordt gedrukt.”

De kerk in China groeit nog steeds hard en wordt in omvang geschat op bijna 10 procent van de bevolking. „Dit betekent dat er naar schatting 120 miljoen christenen zijn! Het probleem is dat er maar 1,5 miljoen Bijbels per jaar worden gedrukt, omdat de overheid dit voldoende vindt. De behoefte is ongeveer tien keer zo groot. Er is dus vraag naar 15 miljoen Bijbels per jaar.”

Onafhankelijk
De huidige kerken hebben zich onafhankelijk van elkaar ontwikkeld en zijn niet meer afhankelijk van een buitenlandse zendingsorganisatie, stelt Meijer vast. „De meeste voorgangers hebben een Bijbelschool gevolgd en geven leiding aan meerdere huisgemeenten. Deze huisgemeenten zijn doorgaans ontstaan uit één zogenaamde celgroep. Zodra de groep te groot wordt, volgt een splitsing. Huisgemeenten zijn niet geregistreerd en dus verboden. Een-op-eencontact is toegestaan, openbare bijeenkomsten met meer dan tien personen en samenscholing op de werkplek echter niet.”

De grootte van de huisgroepen varieert van 25 tot 50 personen. „Eén voorganger heeft gemiddeld vijf tot twintig huisgemeenten onder zijn hoede. De positie van de voorgangers is heel verschillend. Sommigen worden door hun leden onderhouden, anderen zijn zogenaamde tentenmakers en hebben een beroep ernaast, bijvoorbeeld leraar of vertaler. Weer anderen worden door contacten in het buitenland onderhouden.”

Alle huisgemeenten hebben op hun beurt een soort eigen leider. Dit kunnen zowel mannen als vrouwen zijn. „Vaak zijn het oudere vrouwen met levens- en geloofservaring. Zij beschikken over meer vrije tijd en vallen daardoor minder op. Zij zijn het ook die de kinderen van de huisgemeente opvangen en Bijbelkennis bijbrengen. De samenkomsten vinden vooral ’s avonds plaats, omdat de mannen dan thuis zijn en omdat het dan donker is. Of het gebeurt ’s morgens heel vroeg, om vijf uur bij voorbeeld.”

Door het geheime karakter van deze kerken is er geen kerkstructuur en kerkregering zoals in het vrije Westen. „Veel groepen weten niet van elkaars bestaan af, zelfs niet binnen één stad.”

Aantallen
Door het werk van de Bijbelkoeriers, die een groot netwerk hebben, komt er enig zicht op het aantal gemeenten en het aantal christenen, zo is de ervaring van Meijer. „Bij een evaluatie in Hongkong na onze reis bleek dat er vijf grote clusters zijn met netwerken van 2 tot 10 miljoen christenen. Verder zijn er honderd kleinere met netwerken van 0,5 tot 2 miljoen en duizenden die kleiner zijn dan een 0,5 miljoen.”

Bij elkaar opgeteld ligt het aantal christenen dus tussen de 125 en de 200 miljoen. „Gemiddeld 10 tot 15 procent van de totale bevolking is volgens deze schatting christen.”

De aantallen verschillen per regio. „In sommige regio’s ligt het rond de 30 procent. In andere daarentegen op 2 tot 5 procent van de bevolking.”

Een derde van de Bijbels is bedoeld voor ”nieuwe gelovigen”. „Van gelovigen wordt verwacht dat ze ook bewust contacten leggen met buren, vrienden, kennissen en collega’s. Vaak werkt het geven van het goede voorbeeld beter dan een bewust aansturen op een gesprek.”

Meijer ontmoette in Peking een oude pastor en zijn vrouw. „Hij leidt een van de vijf groepen van 2 tot 10 miljoen christenen. Omwille van zijn geloof was hij in de gevangenis en in werkkampen terechtgekomen. Na een lange periode van meer dan twintig jaar gevangenschap is hij weer vrij, zonder officieel proces en zonder beperkingen.”

Meijer bezocht een Bijbelschool waar vijftien jonge mensen en één docent aanwezig waren. Deze docent, van Chinese afkomst, was in een ander land hoogleraar maar had zich enkele maanden beschikbaar gesteld. „Langer was ook niet verantwoord in verband met de pakkans. Om die reden wordt de school ook regelmatig verplaatst naar andere locaties.”

Overschrijven
Chinese christenen kunnen zich niet voorstellen dat er in Nederland gemeenten zijn met meer dan duizend leden, terwijl er soms niet eens een voorganger is. „In China splitsen de huiskerken zich bij plusminus vijftig leden. Deels omdat het nodig is vanwege ruimtegebrek, deels om niet op te vallen bij de overheid.”

Meijer en zijn delegatie ontmoetten ergens een groep van tien mannen. „Sommigen hadden 2000 kilometer gereden om ons te ontmoeten en riskeerden daarmee drie jaar gevangenis. Ze vertelden allen hoe ze tot geloof gekomen waren, over de zegen die ze ontvangen hadden, maar ook over vervolging en verdrukking. Ze waren allen tussen de 40 en de 60 jaar oud en hadden één keer of vaker om hun geloof in de gevangenis gezeten. Deze mannen vroegen concreet om ruim 250.000 Bijbels.”

Wil de kerk groeien dan zijn er Bijbels, studiemateriaal en kindermateriaal nodig, aldus Meijer. „Nog steeds worden Bijbels met de hand overgeschreven. Als mensen eenmaal een Bijbel hebben, zit soms de hele familie wekenlang te pennen. Dat neemt niet weg dat er momenteel veel geheime drukkerijtjes zijn. Ook wordt veel geprint vanaf cd’s en internet. Dit laatste is echter niet ongevaarlijk, want vrijwel alle internetverkeer wordt gecontroleerd.”

Christenen durven tegenwoordig meer en komen eerder voor hun rechten op, aldus Meijer. „De kerken, met name aan de oostkust, bestaan niet alleen meer uit de onderlaag van de maatschappij, maar vormen een dwarsdoorsnede van de samenleving. Onder de leden zijn veel rijke zakenlui, artsen, leraren, zelfs regeringsambtenaren. Dit betekent dat christenen steeds meer een factor van betekenis worden. De overheid kan niet langer om hen heen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer