Volgens de aanklagers Saskia de Vries en Koos Plooij heeft de Heineken–ontvoerder met telkens wisselende groepjes vermogende zakenlieden afgeperst, onder wie de in 2004 vermoorde vastgoedmagnaat Willem Endstra. De strafeisen tegen de medeverdachten variëren van 240 uur werkstraf tot vier jaar cel.De advocaten van de verdachten hebben in hun pleidooien onder meer grote vraagtekens gezet bij de betrouwbaarheid van de vele getuigen die in het drie jaar durende vooronderzoek verklaringen hebben afgelegd. De gesprekken die Willem Endstra in 2003 in het geheim voerde met de politie vormen de basis van de zaak.

Daarop is ook veel kritiek geweest van de advocaten. Endstra zou eveneens onbetrouwbaar gebleken zijn. Bovendien kon hij niet nader ondervraagd worden over zijn uitlatingen. Veel getuigen hebben hun verklaringen gebaseerd op wat zij van Endstra hebben gehoord, waardoor ook aan hun betrouwbaarheid getwijfeld moet worden, menen de strafpleiters.

Volgens het OM is Endstra oprecht geweest, zo benadrukte officier van justitie Plooij. Hij heeft zich in een aantal opzichten misschien beter voorgedaan dan hij was, maar daarmee blijft „de betrouwbaarheid van zijn vele gedetailleerde opmerkingen over verdachten en strafbare feiten" nog steeds overeind.