Kind met Down beter af op gewone school
MEPPEL - Kinderen met het downsyndroom die regulier onderwijs krijgen, nemen daarna gemakkelijker deel aan de samenleving dan wanneer ze speciaal onderwijs zouden volgen.
Dat stelt drs. G. de Graaf, onderwijsmedewerker van de Stichting Downsyndroom (SDS), na onderzoek onder enkele honderden gezinnen met een kind met het downsyndroom.De Graaf publiceerde zijn bevindingen eind vorige week in het wetenschappelijke katern van Down(+(Up 80, het orgaan van de stichting.
Volgens de pedagoog leren kinderen met een downsyndroom op reguliere scholen „zeer veel meer op het gebied van schoolse vaardigheden.” Als ze vijf jaar of langer op een reguliere basisschool gezeten hebben, is 87 procent minstens in staat tot het lezen van korte verhalen en leest 55 procent voor zijn of haar plezier boeken met langere verhalen. Voor leerlingen met een loopbaan die zich hoofdzakelijk in het speciaal onderwijs heeft afgespeeld, liggen deze cijfers veel lager: op 39 en 11 procent.
„Verschillen in leerbaarheid tussen regulier en speciaal geplaatste leerlingen met een downsyndroom vormen slechts een deel van de verklaring voor deze grote verschillen in schoolse vaardigheden. Hoewel regulier onderwijs dus over het algemeen leidt tot een betere ontwikkeling, moet worden vastgesteld dat in de praktijk reguliere plaatsing nog niet altijd succesvol verloopt”, stelt De Graaf.
Bij de huidige onderwijsexperimenten in het kader van ”passend onderwijs” zou een hogere mate van plaatsing in het reguliere onderwijs van leerlingen met een beperking dan ook voorop moeten staan, vindt de SDS.