C30 steekt met kop en schouders boven zijn klasse uit
Het is lang geleden dat Volvo zich met relatief compacte modellen op de massa richtte. Het was vooral de erfenis van DAF die het Zweedse merk daartoe bracht. Na de 300-serie en de 440 werden klanten echter gedwongen bij de buurman te gaan winkelen. Met de nieuwe C30 keert Volvo terug in een compact segment.
In de Volvo C30 zien we in feite een harmonieus samengaan van de huidige S40 en designelementen uit de vroegere 480 ES en de P1800 ES. Onderhuids is de C30 direct familie van de S40 en de V50. De korte achterkant wordt vooral gekenmerkt door de volledig glazen achterklep en daar fantasievol omheen gedrapeerde lichtunits.Het front is op wat details na volledig in lijn met de sedan (S40) en de estate (V50), maar het profiel is volledig specifiek door de lange voorportieren. Daaraan valt meteen op dat ze behoorlijk ver openen en zodoende een ruime toegang tot het interieur geven. De auto is iets lager dan de sedan, maar zeker voorin uitermate royaal gedimensioneerd. En, Volvo past de kunst van meubelmaker ook in zijn meest compacte model toe. De stoelen zitten wederom als gegoten, zijn goed afstelbaar en bieden een prima steun, zodat na lange ritten geen overmatige vermoeidheid optreedt. De voorstoelen schuiven en klappen tegelijk naar voren om achterpassagiers een keurige toegang tot hun zitplaatsen te geven.
Achterin staat geen bank, maar twee losse stoelen die van elkaar zijn gescheiden door een armleuning. De rugleuningen zijn afzonderlijk neerklapbaar, waardoor het niet meer dan redelijke bagagevolume van 251 liter kan toenemen tot maximaal 894 liter. De zitruimte die de twee achterstoelen bieden, is dermate royaal dat twee volwassenen het er lang kunnen uithouden. Wat dat betreft vormt de C30 een uitzondering op de regel van de sportief bedoelde driedeursmodellen in het premiumsegment.
Rode vloerbedekking
In de inrichting is veel van de S40 overgenomen, zoals het opmerkelijk rustig vormgegeven dashboard met de kenmerkende zwevende middenconsole. Functioneel en origineel is de C30 helemaal in orde. Gelukkig zijn er mogelijkheden om de auto wat kleur mee te geven. Denk aan vrolijke bekledingsstoffen bij de instapversie, maar bijvoorbeeld ook chique rode vloerbedekking. Jammer dat Volvo dit voor een deel tenietdoet door gewoon zwarte vloermatten bij de auto te leveren.
Bij de introductie legde Volvo vooral de nadruk op de 5 cilinder benzine- en dieselmotoren, maar die worden in de Nederlandse praktijk maar weinig verkocht. Vandaar dat een kennismaking met een 4 cilinder benzine van groter belang is. In dit geval de 1,8 liter 16-klepper, een motor die uit de schappen van Ford komt. Deze levert in de C30 heel verdienstelijk 125 pk en een koppel van 165 Nm bij 4000 tr/min. Het kentekengewicht blijft met 1229 kg behoorlijk binnen de perken, wat betekent dat de 4-pitter qua prestaties beslist weet te overtuigen. In 10,8 seconden accelereert de auto vlot naar de 100 km/u en haalt een topsnelheid van 200 km/u.
Wat geluidsproductie betreft is de 1,8 liter van het rustige soort; bovendien zijn de verhoudingen van de vijfversnellingsbak goed over het snelheidsbereik verdeeld. Het gemiddelde praktijkverbruik gemeten over een langere periode komt uit op 1 liter op 12,2 km en dat is normaal te noemen.
Uitstekende stabiliteit
De Volvo blijkt echter absoluut een topper in het algehele rijgevoel. De McPhersonveerpoten voor en de multi-link ophanging achter zorgen voor een hoogstaand comfort. Wie sportief tekeer wil gaan, wordt niets in de weg gelegd. De auto heeft een uitstekende stabiliteit en een fijne elektro-hydraulische besturing. Dat, samengevoegd met het comfort van de stoelen en de rust van het interieur, levert een auto op die met kop en schouders boven zijn klasse uitsteekt.
Prijstechnisch loopt de aanschaf van een C30 niet uit de hand. De 1.6 benzine start bij 24.150 euro, de 1.8 bij 25.850 euro. Dieselen kan vanaf 28.400 euro.