Nederland betaalt miljoenen voor onderwijs Indonesië
MEDAN (ANP) – Nederland steekt 42 miljoen euro in een langlopend Indonesisch programma dat erop gericht is om de kwaliteit van de leerkrachten in het basis– en voortgezet onderwijs te verbeteren.
Het BERMUTU–programma wordt over ruim een week officieel gelanceerd. BERMUTU staat voor kwaliteit, zei de Indonesische minister van Onderwijs, Sudibyo, aan minister Koenders van Ontwikkelingssamenwerking, die donderdag in Medan op Sumatra een achtdaags werkbezoek aan Indonesië begon.Nederland financiert het zesjarige programma samen met de Wereldbank. Indonesie telt 2,7 miljoen leerkrachten en 53 miljoen schoolkinderen in het lager en voorgezet onderwijs.
De regering in Jakarta wil het niveau van de leerkrachten opvoeren en daarmee het niveau van het onderwijs. Dat is nodig voor de verdere ontwikkeling van het land.
Elk jaar gaan er steeds meer Indonesische kinderen naar school. Er geldt een leerplicht van negen jaar, waarvan zes jaar basisonderwijs. Volgens minister Sudibyo geniet 92 procent van de kinderen tot 15 jaar onderwijs. In 2008 moet dat 95 procent zijn.
Nederland doet al meer op onderwijsgebied in Indonesië. Inclusief de steun voor BERMUTU is daamee een bedrag van 163 miljoen euro gemoeid.
Koenders bezoekt verder Atjeh om te kijken hoe het staat met de wederopbouw van het gebied na de tsunami van tweede kerstdag 2004. Atjeh was veruit het zwaarst getroffen gebied.
De tragische gebeurtenissen leidden ertoe dat nog geen jaar later een vredesakkoord tot stand kwam tussen de regering in Jakarta en de rebellen van de Beweging Vrij Atjeh (GAM). GAM streed bijna dertig jaar voor een onafhankelijk Atjeh.
De oud–woordvoerder van de GAM, Irwandi Yusuf, is sinds februari, na de eerste vrije verkiezingen ooit in het gebied, gouverneur van Atjeh. Koenders zou hem ontmoeten, maar Yusuf is verhinderd. De vicegouverneur vervangt hem.
Koenders reist verder naar Kalimantan en Jakarta voordat hij maandag naar Bali reist. Hij zal daar met milieuminister Cramer Nederland vertegenwoordigen bij de VN–klimaattop.