Kamer steunt plan hoger lerarensalaris
DEN HAAG - De Tweede Kamer geeft minister Plasterk van Onderwijs groen licht voor zijn plannen om lerarensalarissen te verhogen. Op onderdelen heeft de Kamer twijfels.
Zo vraagt de Kamer zich af of de 1,1 miljard euro die uiteindelijk beschikbaar is voor loonsverhogingen, wel bij de docenten terechtkomt, zo bleek gisteren tijdens een debat. De leraren krijgen alleen een salarisverhoging als ze in de ogen van de schoolleiding goed presteren. „Hoe voorkomt u dat het extra budget een speeltje wordt voor schoolleiders?” zo vroeg PvdA-Kamerlid Hamer zich af. Zij werd hierin gesteund door verschillende oppositiepartijen.Op dit moment krijgen leraren bijna automatisch hun periodieke salarisverhoging. De commissie-Rinnooy Kan, die enkele maanden geleden met het advies kwam om 1,1 miljard euro extra uit te trekken voor hogere lerarensalarissen, wil de salarissen afhankelijk maken van het onderwijsniveau dat de docent zelf heeft gevolgd. Het kabinet legt de verantwoordelijkheid voor de loonsverhogingen in handen van de schoolleiding.
Plasterk kon dinsdag niet garanderen dat door de extra investeringen in de onderwijssalarissen de dreiging van het lerarentekort weg is. Hij wil zijn politieke lot dan ook niet verbinden aan het verdwijnen van het lerarentekort. Veel hangt volgens de bewindsman af van de economische groei en de mogelijkheden van het onderwijs om met bedrijven om werknemers te concurreren.
VVD en D66 vinden het onjuist dat Plasterk een deel van de 1,1 miljard euro betrekt uit het onderwijs zelf. Zo wil de bewindsman de regeling om oudere leraren eerder te laten stoppen met werken, afschaffen. Ook het collegegeld zal in de komende jaren extra omhooggaan. „U hebt zitten slapen toen het geld werd verdeeld”, stelde D66-fractievoorzitter Pechtold. Plasterk bracht daartegenin dat per saldo twee derde van de 1,1 euro miljard van buiten de onderwijsbegroting komt.
Plasterk vertrouwt erop dat de onderwijsbonden akkoord zullen gaan met de afschaffing van de verlofregeling voor oudere docenten. Binnenkort start hij onderhandelingen met vakbonden en scholen over zijn plannen. Zij moeten met de plannen instemmen.
De minister vindt het beeld onjuist dat oudere onderwijsgevenden opdraaien voor de hogere lonen van alle docenten. De regeling dat oudere docenten eerder konden stoppen met werken is ontstaan in een tijd dat er een lerarenoverschot was. Daarom ligt het volgens de bewindsman voor de hand om de regeling in tijden van een lerarentekort opnieuw tegen het licht te houden.