IMF is somber gestemd
De groeiprognoses voor bijna alle belangrijke economieën zijn naar beneden bijgesteld. In de woensdag gepubliceerde World Economic Outlook, een halfjaarlijks rapport dat een beeld van de economische vooruitzichten voor de wereld schetst, schetst het IMF een somber beeld.
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) verwacht in plaats van de tweede helft van dit jaar pas een echt economisch herstel in 2003. Deze prognose is echter omgeven met veel onzekerheden. Dit is een gevolg van de tegenvallende economische ontwikkelingen in de Verenigde Staten, de dalende beurskoersen en de politieke situatie in het Midden-Oosten.
De wereldeconomie blijft dit jaar met een groei van 2,8 procent nog redelijk overeind dankzij meevallende economische prestaties in Azië, zelfs in het al jaren kwakkelende Japan. Maar in de Verenigde Staten en Europa heeft de onzekerheid duidelijk toegeslagen. Als het herstel in deze economische machtsblokken blijft haperen, moet verdere verlaging van de rente worden overwogen, aldus het IMF.
Het herstel van de Amerikaanse economie is nagenoeg stil komen te staan. In het eerste kwartaal liet ’s werelds grootste economie nog een krachtige opleving zien na de recessie vorig jaar, maar daarna ging het mis. Dit is vooral veroorzaakt door afnemende consumentenbestedingen, die verder onder druk kwamen door de sterke koersverliezen op de Amerikaanse beurzen.
Het IMF verwacht op de korte termijn weinig economische verbetering voor de VS en mogelijk zelfs een verslechtering als de aandelenkoersen blijven dalen, bedrijven investeringen uitstellen en het vertrouwen in de Amerikaanse dollar verdwijnt.
Het IMF denkt dat de VS dit jaar economisch niet harder dan 2,2 procent zullen groeien en voor 2003 zal de groei beperkt blijven tot 2,6 procent. Daarmee blijft de Amerikaanse economie ook volgend jaar onder haar groeipotentieel, aldus het IMF, terwijl in het voorjaar was verwacht dat de Amerikaanse economie met 3,4 procent groei in 2003 bijna zou zijn teruggekeerd naar het groeitempo van 2000.
De verwachtingen voor het Europese continent blijven dit jaar zelfs ver achter bij die voor de VS. Voor de eurozone, de twaalf landen die de euro als munteenheid gebruiken, voorspellen de economen van het IMF een minieme groei van 0,9 procent tegen een eerdere verwachting van 1,4 procent. Daarna wordt in 2003 met 2,3 procent groei de achterstand op de VS wel verkleind. Het IMF zet echter vraagtekens bij de dynamiek van dit herstel omdat de eurolanden teveel afhankelijk zijn van de export. Die dreigt in te zakken door de stijgende koers van de euro ten opzichte van de dollar.
Groot-Brittannië, dat niet meedoet met de euro, blijft het redelijk doen, mede dankzij robuuste consumentenbestedingen. Dit is opvallend gezien de achterblijvende binnenlandse vraag in de rest van Europa, maar de Britse economie weet zich gesteund door beperkte werkloosheid, een sterke huizenmarkt en de bereidheid bij Britten om geld te lenen.
Over Duitsland, de economische motor van Europa, is het IMF somber gestemd. Voor dit jaar wordt een Duitse economische groei van 0,5 procent verwacht. IMF-prognoses van dit voorjaar kwamen nog uit op 0,9 procent. Het IMF verwacht voor volgend jaar een groei van 2 procent, maar tekent daarbij aan dat het herstel voorzichtig blijft, ook doordat onduidelijk is hoe de industriële productie en de binnenlandse vraag zich ontwikkelen. Verdere verzwakking van de Duitse economie kan grote gevolgen hebben voor geheel Europa, waarschuwt het IMF.
Nederland behoort samen met Duitsland, België, Portugal en Oostenrijk tot de achterblijvers in Europa. Het IMF rekent erop dat de Nederlandse economie dit jaar met 0,4 procent groeit en volgend jaar met 2 procent. Eerder ging het IMF nog uit van 1 en 3 procent. In vergelijking met recente cijfers van het Centraal Planbureau is de World Economic Outlook evenwel iets optimistischer voor 2003.