Echt en eerlijk zelfonderzoek is heilzaam
Titel: ”Doorgrond mij en ken mijn hart. Over zelfbeproeving”
Auteur: ds. A. A. Egas
Uitgeverij: Den Hertog, Houten, 2007
ISBN 978 90 331 2044 2
Pagina’s: 107
Prijs: € 9,50.
Zelfonderzoek is niet alleen nodig in de week van voorbereiding op het heilig avondmaal, maar altijd en voor iedereen. Dat wordt duidelijk in het boek ”Doorgrond mij en ken mijn hart” van ds. A. A. Egas. Echt en eerlijk zelfonderzoek in het licht van Gods Woord is heilzaam. Het brengt een kind van God tot grotere zekerheid en kan voor een onbekeerde het middel zijn om hem met zijn gemis bij de Heere te brengen, aldus de auteur.
Het boek is de uitwerking van een lezing die de christelijke gereformeerde predikant uit Middelharnis gehouden heeft op een jongerenavond. Dat het met name op jongeren gericht is, blijkt uit het feit dat de lezer met ”je” of ”jij” wordt aangesproken. Deze aanspreekstijl is overigens geen belemmering voor oudere lezers.
Ds. Egas begint zijn boek met de vraag of het wel nodig is om jezelf te onderzoeken. Er zijn immers zo veel mensen in onzekerheid over hun aandeel in Christus. Wekt zelfonderzoek niet juist de twijfel op? Je moet het toch gewoon geloven en daar niet telkens onderzoek naar doen?
Met een voorbeeld van onderzoek naar de echtheid van bankbiljetten wordt duidelijk gemaakt waarom zelfonderzoek niet verkeerd is. Echte bankbiljetten verliezen niets. In werkelijkheid winnen ze zelfs iets. Je kunt er nu voor 100 procent van op aan dat ze echt zijn. Echt zelfonderzoek brengt een kind van God tot grotere zekerheid. Alleen namaak verliest het. Terecht wordt ook geschreven dat niet wat wij vinden over zelfonderzoek belangrijk is, maar wat Gods Woord ons daarover zegt.
In het eerste hoofdstuk gaat ds. Egas na welke redenen de Bijbel aanvoert om onszelf te onderzoeken. De Heere Zelf roept ons op tot zelfonderzoek, want we kunnen onszelf met ons arglistige hart bedriegen. De gelijkenis van de vijf wijze en de vijf dwaze maagden is hierbij een duidelijk voorbeeld. Dat er in de Schrift kinderen van God zijn die verlangen naar zelfonderzoek bewijst de titel van dit boek, die ontleend is aan de berijming van Psalm 139. Op verschillende plaatsen in de Bijbel kunnen we lezen dat de Heere de Zijnen beproeft. We moeten onszelf onderzoeken of we in het geloof zijn. Hoe staat het tussen God en onze ziel?
Het valt op dat de schrijver bij de uitleg van de verschillende Bijbelteksten over het zelfonderzoek de teksten niet uit het verband rukt, maar ze met gebruik van de kanttekeningen in hun context bespreekt.
Een belangrijk hoofdstuk is dat waar wordt ingegaan op de manier waarop we onszelf moeten onderzoeken. De auteur heeft hiervoor een aantal vragen opgesteld om deze voor Gods aangezicht te beantwoorden. Hij put hierbij uit geschriften van verschillende godgeleerden uit de kerkgeschiedenis.
Het hoofdstuk over zelfonderzoek en het heilig avondmaal had wat uitgebreider, aangezien heel wat jongeren daarmee worstelen.
Collega Egas gaat ook in op de blokkades die het zelfonderzoek kunnen belemmeren. Hij noemt het vol van de wereld zijn, gemakzucht en onbezorgdheid, vrees voor een negatieve uitkomst en zelfverzekerdheid als belemmeringen waardoor we ons niet moeten laten tegenhouden.
Aan het eind van zijn boek bespreekt hij welke heerlijke gevolgen echt zelfonderzoek kan hebben voor ongelovigen en gelovigen. Het gaat immers niet om het zelfonderzoek op zich, maar het gaat om de vruchten. Het gaat uiteindelijk om de Heere Zelf, in Wie alles te vinden is voor mensen die alles missen.
Het boek, dat afsluit met veertien aanwijzingen van Jacobus Koelman op het punt van zelfonderzoek, blinkt uit in Schriftuurlijke zuiverheid en pastorale bewogenheid. Het is een hulpmiddel tot zelfonderzoek en bij uitstek geschikt voor gebruik in een voorbereidingsweek op het heilig avondmaal.