Dat staat in een uitwerking van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering die minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken dinsdag, mede namens haar collega’s, naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Ter Horst heeft de uitgangspunten van het plan afgelopen zomer al gepresenteerd, maar de concrete uitwerking liet nog enige maanden op zich wachten. Dat kwam haar op kritiek te staan van de oppositiepartijen in de Tweede Kamer.De minister hoopt de begeleiders van radicaliserende jongeren te vinden bij onder meer allochtone studentenverenigingen en allochtone netwerken in het bedrijfsleven. De vrijwilligers worden eerst gescreend en getraind, voordat ze aan de slag gaan als mentor om een probleemjongere op het rechte pad te houden.

Daarnaast worden volgend jaar discussieavonden georganiseerd met bekende rolmodellen, onder wie voetballers, rappers en soapacteurs. „Het respect voor deze rolmodellen is groot en dat vormt de basis voor een stevige discussie", aldus het plan van Ter Horst. De minister constateert daarbij dat ouders en docenten vaak maar een kleine invloed hebben op jongeren die zich aangetrokken voelen tot radicaal gedachtegoed.

De landelijke overheid zal verder direct contact onderhouden met gemeenten waar rondreizende salafistische predikers neerstrijken. Op die manier wil het kabinet bijhouden waar sprake is van „beginnende radicaliseringsproblematiek." De inlichtingendienst AIVD en de politie worden ingezet om radicalisering in gevangenissen tegen te gaan.