Dat hebben de Bureaus Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming maandag met elkaar afgesproken op een congres over jeugdbescherming in Amsterdam. Nu kan het soms wel een jaar duren voordat een kinderrechter ingrijpt.De jeugdzorg en de kinderbescherming hebben bij wijze van proef op een aantal plaatsen nauwer samengewerkt om sneller een probleemkind te kunnen helpen. Bij vrijwel elk kind lukte het de instanties binnen twee maanden vast te stellen welke maatregel het geschiktst was, kon een rechter die maatregel opleggen en kon deze uitgevoerd worden.

Deze werkwijze gaan de MOgroep, koepel van de jeugdzorg, en de Raad voor de Kinderbescherming volgend jaar in het hele land invoeren. Kinderen die acuut gevaar lopen, kunnen nu al binnen 24 uur onder voorlopig toezicht komen te staan en uit huis worden gehaald.

Minister Rouvoet voor Jeugd en Gezin wil ook kortere doorlooptijden in de jeugdzorg en bij de Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK’s). Hij riep leidinggevenden in de jeugdzorg en de jeugdbescherming er gisteren toe op om niet onnodig krampachtig te reageren op incidenten in de sector. In de zaak van de overleden peuter Savanna kreeg de gezinsvoogd met vervolging te maken. De rechter sprak haar vrij, maar was wel kritisch over het optreden van de gezinsvoogd.

Rouvoet zei de signalen te kennen dat organisaties in de jeugdzorg hun personeel vragen nog meer te rapporteren dan ze gewoon waren. „Een begrijpelijke reactie, maar het betekent wel een extra belasting voor de medewerkers en een vertraging van de hulpverlening aan kinderen en ouders.”

Dat jeugdbeschermers voor de zekerheid sneller en soms onnodig kinderen uit gezinnen willen halen, is volgens Rouvoet niet aan de orde. De trend is dat het aantal machtigingen voor uithuisplaatsingen gelijk op gaat met nieuwe zaken bij de Bureaus Jeugdzorg.