Handelsmissie nieuwe stijl ontdekt ’continent’ India
AMSTERDAM (ANP) – In oktober ging de koningin naar India en nu, een maand later, is staatssecretaris Frank Heemskerk (Economische Zaken) aan de beurt. Zaterdag vertrok hij naar het Aziatische land voor een grote handelsmissie. In zijn kielzog bevinden zich zeventig bedrijven, waarmee het de grootste Nederlandse handelsmissie ooit is. Niemand die daar van opkijkt, want India is ’booming’.
„Het is goed om er snel bij te zijn", zegt de bewindsman. Heemskerk ziet volop mogelijkheden in India, vooral als investeringsland. Nu al besteden veel bedrijven zaken als IT uit aan India, dat 1,1 miljard inwoners telt en een enorm reservoir aan jonge en goedkope arbeidskrachten heeft. Ook de handelsrelatie kan fors worden uitgebreid. Volgens het Centraal Plan Bureau kan de export tussen nu en 2040 met een factor vijftien groeien.De aanwezigheid van Nederland in India is niet geheel nieuw. De handelsrelatie tussen beide landen is al vierhonderd jaar oud, maar wat India de laatste jaren doormaakt is toch anders dan wat we in een niet al te ver verleden gewend waren. De afgelopen vier jaar bedroeg de economische groei gemiddeld 8,6 procent en voor dit jaar sluit de Indiase regering een percentage van 9 niet uit.
Deskundigen noemen India geen land maar een continent. Het is 88 keer zo groot als Nederland en heeft zich in betrekkelijk korte tijd weten op te werken tot de derde economie van de wereld. Sommige sectoren zoals de IT en biotechnologie laten een dubbelcijferige groei zien. Een handelsmissie naar een land met zulke groeicijfers vraagt om een goede organisatie, en daar is tijdens de voorbereiding dan ook grondig naar gekeken.
Heemskerk neemt behalve zeventig bedrijven ook bestuurders van de vijf grote steden mee en vertegenwoordigers uit het hoger onderwijs. Doorgaans organiseren veel steden handelsmissies op eigen houtje, maar volgens de staatssecretaris is het goed dat de publieke en private sector tijdens handelsmissies ook samen optrekken. Terecht, zegt Rutger Koopmans, voorzitter van de NICCT, de Nederlands–Indiase Kamer van Koophandel. „Als we ons als BV Nederland niet goed genoeg organiseren, kun je in India nog geen deuk in een pakje boter slaan", zegt hij.
Bij de samenstelling van de zeventig bedrijven die meereizen, is men dan ook niet over een nacht ijs gegaan. De ondernemingen zijn onder meer actief op het vlak van infrastructuur, dienstverlening en biotechnologie, stuk voor stuk sectoren die in India in de lift zitten. Het land heeft onder meer dringend behoefte aan wegen om producten van a naar b te krijgen. Een deel van de miljarden die daarvoor nodig zijn, moet uit buitenlandse directe investeringen komen.
Tijdens de missie zal ook worden geprobeerd om Indiase bedrijven warm te krijgen voor een investering in Nederland. In het verlengde daarvan zou een beursnotering in Amsterdam een logische ontwikkeling kunnen zijn, zegt Koopmans. Hij wijst erop dat sommige Nederlandse bedrijven een notering hebben in de Verenigde Staten en op die manier een deel van hun groei hebben gerealiseerd. In Nederland zou het met Indiase bedrijven net zo kunnen gaan, aldus de NICCT–voorzitter.