Dat blijkt uit de jaarresultaten van het ContinuVakantieOnderzoek die het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen en TNS Nipo donderdag publiceerden.Als het gaat om de bij elkaar opgetelde duur van de vakanties en de uitgegeven euro’s, blijft Frankrijk overigens favoriet. Wie voor Frankrijk kiest, blijft daar vaak lang, bijvoorbeeld drie weken op een camping in de zomervakantie. Nederlanders brachten 30 miljoen nachten door in Frankrijk en besteedden 1,2 miljard euro tijdens hun verblijf.

Duitsland is meer in trek voor stedentrips en korte vakanties. Dat verklaart het veel lagere aantal overnachtingen (17,3 miljoen) en de aanzienlijk lagere uitgaven (0,8 miljard euro) in vergelijking met Frankrijk.

„Nederlanders gaan steeds scherper zien dat de prijs-kwaliteitverhouding in Duitsland erg goed is”, verklaart onderzoeker Ad Schalekamp van het CVO de groeiende populariteit van het oostelijke buurland. „De infrastructuur, zowel de snelwegen als het spoor, zijn uitstekend en qua gevoel ligt Duitsland vlakbij. De bevolking is vriendelijk, het serviceniveau hoog. Het negatieve imago vanuit de Tweede Wereldoorlog ebt ook steeds verder weg”.

In de top tien van favoriete vakantielanden waren afgezien van de positiewisseling tussen de nummer 1 en 2 geen wijzigingen. Nederlanders gingen het afgelopen jaar 35,1 miljoen keer op vakantie, 600.000 keer meer dan een jaar eerder. De vakantiebestedingen stegen met 6 procent tot 13,8 miljard euro. De onderzoekers verklaren de toename van de vakantieanimo uit het herstel van de economie.

Aan het onderzoek, dat werd uitgevoerd tussen oktober 2006 en september 2007, werkten 6500 Nederlanders mee. Van deze groep ging circa 81 procent één of meer keren op vakantie. Gemiddeld ondernamen ze 2,8 vakanties. Daar staat dus tegenover dat een op de vijf Nederlanders helemaal niet met vakantie ging.