Allochtone leerlingen meester in identiteitsvorming
TILBURG (ANP) – Allochtone leerlingen zijn meester in het samenstellen van hun eigen identiteit. Zij zijn zich er zeer van bewust dat ze op school Nederlands moeten spreken en dat ze bijvoorbeeld in het bedrijfsleven meer zullen bereiken met Nederlands of Engels dan met Marokkaans en Turks.
Dat is een van de conclusies in het proefschrift Developing identities, waarop Massimiliano Spotti op 23 november promoveert aan de Universiteit van Tilburg. Hij deed zijn onderzoek in een Nederlandse en Vlaamse schoolklas waar de meeste leerlingen van allochtone herkomst zijn. Spotti sprak niet alleen met de scholieren, maar ook met de leraren en de schooldirectie.De allochtone leerlingen willen zeer bewust in de maatschappij investeren, ontdekte Spotti. Zij gebruiken culturele, religieuze en talige identiteitskenmerken als zaken die ze zich kunnen toe–eigenen of kunnen afwijzen en die ze kunnen gebruiken bij de vorming van hun identiteit.
Gemeten naar de scholieren komen de leraren te voorschijn als beginnelingen die hun ideeën over allochtonen als bijvoorbeeld mensen met een taalachterstand slechts moeizaam wijzigen en zich er ook pas langzamerhand van bewust worden dat hun leerlingen zo met de ontwikkeling van hun eigen identiteit bezig zijn.
Leraren zien bijvoorbeeld het dragen van een hoofddoek veelal als een identiteitskenmerk dat voor moslimmeisjes onontkoombaar is, maar de meisjes zelf beschouwen het dragen ervan vooral als een persoonlijke keuze, die zij bijvoorbeeld maken als zij naar het voortgezet onderwijs gaan.
Spotti, geboren in de Noord–Italiaanse stad Cremona, studeerde pedagogiek en Engelse literatuurwetenschap in Oxford en toegepast taalwetenschap in Londen. Hij voerde zijn promotieonderzoek uit bij het departement taal– en cultuurstudies van de faculteit geesteswetenschappen van de universiteit in Tilburg.