Brokje Bosnië in Brabant
Tanks in de straten van Oirschot, zoeken naar mijnen in Eersel, blokkade van burgers in Knegsel. In delen van de provincie Noord-Brabant is het deze dagen net Bosnië. Duizend militairen oefenen „in het wild” voor hun SFOR-uitzending. „Mijnen ruimen is altijd beroerd.”
Een opstootje maandagmiddag in het centrum van Knegsel, een dorp in de Brabantse Kempen. Opgeschoten jongelui houden een legertruck tegen. Baldadig gooien ze bekertjes koffie tegen de voorruit. De chauffeur schrikt even, maar hervat dan bedaard het rollen van een sjekkie. Zijn bijrijder, een dame met een indrukwekkend wapen voor de borst, staat achter de vrachtwagen. Wachten. Waarop weet niemand.
„Dit is de praktijk”, weet sergeant R. Roeleveld. Hij was al vier keer in Bosnië en mag vandaag de ’tegenpartij’ spelen: Bosnische burgers die het niet eens zijn met de uitslag van de verkiezingen. „Wat doet SFOR daaraan”, scanderen de oproerkraaiers. Een niet denkbeeldige situatie: in november zijn er verkiezingen op de Balkan.
Ondanks het overtuigende spel vindt Roeleveld het toch moeilijk om in de huid van tegenstanders te kruipen. „We spelen het spel wel, maar gaan na afloop een patatje halen bij de frituur. De armoede van die mensen voel je niet. Zij zitten al jaren in de ellende, wij niet.”
Ofschoon de Koninklijke Landmacht geen vreemde is in het Brabantse land, is de aanwezigheid van ruim 1000 militairen die meedoen aan de oefening ”Rhino Preparation” wel bijzonder. Ze bereiden zich voor op uitzending naar Bosnië, eind oktober. Letterlijk gaan de tanks, jeeps en andere voertuigen de paden op, de lanen in.
De oefening wordt gehouden in de gemeenten Oisterwijk, Oirschot, Veldhoven, Eersel en Bladel. Toen ze dit voorjaar van de plannen hoorden, waren de vijf burgemeesters meteen enthousiast, vertelt majoor F. Somogyi van 13 Gemechaniseerde Brigade, de club die het gros van de uit te zenden eenheden levert. „Als we maar niet met tanks een braderie op kwamen rossen.”
De gemeenten kregen voor de gelegenheid ook Bosnische namen: Oirschot is Vitez, Wintelre heet Bugonjo en Knegsel gaat twee weken als Gorni Vakuf door het leven. Bewoners van het gebied hoeven bij incidenten en nagespeelde situaties niet op afstand te blijven. De landmacht verwacht in Bosnië immers ook opdringerig publiek en wil leren daar goed mee om te gaan.
De militairen doen dingen die ze straks ook zullen doen: patrouilles lopen, contact met de lokale bevolking onderhouden en optreden bij ongevallen. Maar wie Bosnië zegt, zegt mijnen. Het land is ervan vergeven. Hoeveel er nog in de bodem zitten, weet niemand. „De schattingen lopen uiteen van 600.000 tot een miljoen”, zegt sergeant D. S. van Gent.
Per week ruimt de landmacht in Bosnië drie velden met gemiddeld vier mijnen. Met een prikstok wordt een veld centimeter voor centimeter afgezocht. „Een mijnenveld is altijd beroerd.” Van Gent zegt dat de Bosnische overheid het land over tien jaar schoon wil hebben. „Maar dat zeggen ze omdat ze de Olympische Spelen willen organiseren.”
Bosnië is voor de Koninklijke Landmacht zo langzamerhand een garnizoensplaats. Duizenden militairen waren de laatste jaren op de Balkan. De mannen en vrouwen uit Noord-Brabant zijn de dertiende eenheid die er voor een halfjaar naartoe gaat. „Het is rustig in het gebied. Er is al heel lang niets gebeurd”, zegt Van Gent. „We moeten de mensen in het veld voortdurend scherp houden.”
Laksheid is het grootste gevaar voor de militairen, beaamt sergeant Roeleveld. „Letterlijk en figuurlijk afwijken van de gebaande wegen, om het zo te zeggen. Bijvoorbeeld het contact met thuis verwaarlozen, sjoemelen met de hygiëne, maar ook het volgen van andere wegen. Je moet elkaar daarop aanspreken.”
Van de veilige SFOR-routes mogen de militairen niet zonder noodzaak afwijken. Ook deze routes, met namen als Diamond, Gull en Opal, worden tijdens de oefening nagebootst. Makkelijk voor de oproerkraaiers in Knegsel. De militaire voertuigen rijden zo in op de door hen opgeworpen barricade. „In de loop van de dag loopt de agressie op”, weet Roeleveld. „Maar het komt niet tot een handgemeen, hoor.”
Tot vrijdag oefenen de militairen tussen de Brabantse burgers. Op de parkeerplaats naast cafetaria De Weefkamer in Knegsel staan twee grote koepeltenten. De soldaten slapen er ’s nachts in. Overdag staan ze in de rij voor frikadellen. Voor vandaag stond er volgens Somogyi een grote show op het programma. Compleet met helikopters. De plaatselijke bevolking heeft wel een briefje in de bus gekregen. „Anders schrikken ze te hard.”