„Er zitten mensen achter”
De Koninklijke Marine wint de slag om Afghanistan. Fregatten en vliegtuigen staan op het punt van vertrek. Ook in de Golfoorlog, tien jaar geleden, zette Nederland fregatten in.
Marinewoordvoerder overste Van der Linden wilde woensdagmorgen niet zeggen welke schepen gereed liggen om naar de Arabische Zee te vertrekken. „Alle opties zijn open.” Naar verwachting kondigt het kabinet morgenmiddag de inzet aan. „Daarna komt er snel duidelijkheid, ook voor de opvarenden. Er zitten mensen achter, hele dorpen.”
De Koninklijke Marine heeft twee standaardfregatten, acht multipurposefregatten en twee luchtverdedigingsfregatten in de vaart. De schepen kunnen in eskaderverband grote operatiegebieden op zee onder controle brengen. Ze kunnen patrouilleren, vliegdekschepen escorteren en zeeroutes veiligstellen voor bondgenootschappelijke bevoorradingsschepen.
De lengte van de fregatten varieert, afhankelijk van de klasse, van 122 tot 138 meter. De multipurposefregatten hebben het kleinste aantal bemanningsleden (154). De snelheid van de schepen ligt rond de 30 zeemijlen per uur. Zij hebben bewapening tegen lucht- en oppervlaktedoelen en onderzeeboten. De schepen hebben een helikopter aan boord, die kan worden ingezet voor onderzeebootbestrijding.
Van Nes
Naar alle waarschijnlijkheid worden twee van de acht M-fregatten ingezet. Die schepen zijn het meest flexibel inzetbaar.
Een van de M-fregatten, de Hr. Ms. Van Nes, speelt al een rol in de crisis rond Afghanistan. Het schip maakt deel uit van het permanente NAVO-vlootverband in het oosten van de Middellandse Zee. Volgens Van der Linden komt de Van Nes voor de Kerst zeker terug naar Nederland. „Die mensen zijn al vijf maanden onderweg.”
De Van Nes, met een waterverplaatsing van 3300 ton en een lengte van 122 meter, is uitgerust met defensieve luchtafweersystemen, inclusief het Goalkeeper-snelvuurkanon tegen luchtdoelen op zeer korte afstand. De Harpoon-raket kan worden ingezet tegen doelen aan de oppervlakte. Daarnaast is het fregat in staat torpedo’s af te vuren op onderzeeboten.
Basis
Zeker is wel dat er twee P3-C-Orion-patrouillevliegtuigen van de marine richting de regio gaan. Naar alle waarschijnlijkheid worden ze op een basis in Pakistan gestationeerd.
De actieradius van het propellervliegtuig is 9260 kilometer. Er gaan tien bemanningsleden aan boord. De vliegtuigen kunnen tien tot twaalf uur in de lucht blijven en oppervlakteschepen en onderzeeërs opsporen.
Inzet boven het zuiden van Afghanistan behoort tot de mogelijkheden. Toen de Orions in het kader van de operaties in VN-verband in 1999 boven Kosovo werden ingezet, is in een aantal vliegtuigen specifieke aanvullende apparatuur ingebouwd voor verkenningsmissies boven land. Het gaat hier om een combinatie van een verbeterde daglichtcamera en infraroodcamera.
De Marineluchtvaartdienst beschikt over tien Orions. Drie Orions zijn bij toerbeurt gestationeerd op de Nederlandse Antillen, een heeft zijn basis op IJsland. De overige Orions hebben marinevliegkamp Valkenburg bij Leiden als thuisbasis. Er bestaan plannen om de basis te verhuizen naar Den Helder.