„Uitslag biedt kans voor Angela Merkel”
„Het was fout van CDU/CSU om Stoiber als kandidaat naar voren te schuiven.” Dat zegt onderzoeker Rob Aspeslagh van het instituut Clingendael. Volgens hem blijkt uit de uitslag van de Duitse verkiezingen dat Oost-Duitsland in de stemverhoudingen de doorslag heeft gegeven. Voor Europa zal het overigens weinig uitmaken wie er heeft gewonnen, denkt Aspeslagh.
„Uit de uitslag blijkt dat CDU/CSU in Oost-Duitsland heeft verloren. Wie daar wél had kunnen winnen, was CDU-leider Angela Merkel. Die zal haar positie binnen de partij nu gaan versterken en misschien in 2006 de Duitse Bundeskänzlerin worden.” Merkel, voorzitter van de christen-democratische CDU, trok zich in januari terug als kandidaat, ten gunste van Edmund Stoiber. De kandidatuur van Merkel, die in de DDR is opgegroeid, was hoogstens in Stoibers eigen Beieren gestrand. „Maar men had onvoldoende vertrouwen in Merkel. Stoiber gaat nu terug naar Beieren, Merkel zal fractievoorzitter willen worden. Ze heeft dan een ijzersterke positie, moet een goede oppositie gaan voeren en vergroot zo haar kansen om in 2006 Bundeskänzelerin te worden. Want na acht jaar Schröder is het dan tijd voor een ander”, denkt Aspeslagh, die tevreden constateert dat hij al zondag de uitslag juist heeft voorspeld.
Die resultaten zijn volgens hem wel degelijk beïnvloed door de recente verslechtering in de verhouding tussen Duitsland en de Verenigde Staten. Minister van Justitie Däubler-Gmelin zou het Irak-beleid van Bush hebben vergeleken met de ’methoden’ van Adolf Hitler. Amerika reageerde furieus en was trouwens toch al niet te spreken over Schröders ferme standpunt tegen een aanval op Irak. Aspeslagh: „Dat heeft de zaak zeer verstoord. De minister van Justitie heeft gigantisch verloren in haar eigen kiesdistrict. Schröder zal haar onder geen voorwaarde nog erbij willen hebben.”
Amerika’s harde woorden richting Duitsland hebben volgens de Clingendael-medewerker wel degelijk een grote rol gespeeld in de uitslag. „Duitsland is nu eenmaal een grote politieke macht in de wereld en kan als zodanig invloed uitoefenen op het matigen van de VS-hegemonie. Dat kan alleen als beide partijen ’on speaking terms’ zijn en dat zijn ze nu niet.” Aspeslagh verwacht dat het dus een harde dobber wordt voor Schröder en minister Fischer van Buitenlandse Zaken, tevens leider van de Groenen. „Duitsland gaat zijn standpunt inzake Irak echt niet veranderen. Maar ze hebben hiermee wel problemen voor zichzelf geschapen. Voor de Duits-Amerikaanse verhoudingen had het eenvoudiger geweest als Stoiber had gewonnen.”
Zowel Schröders SPD als Stoibers CDU/CSU kreeg zondag ongeveer 38,5 procent van de stemmen. Dat levert in het binnenland geen onwerkbare politieke situatie op, denkt Aspeslagh. „In Nederland willen ze altijd een overduidelijke meerderheid hebben. In Duitsland niet. Daar geldt: als we één stem meer hebben, regeren we. Dat Stoiber de nieuwe regering niet veel kansen toedicht, is slechts retoriek. Het probleem zit meer in de Bondsraad (de Eerste Kamer), waar CDU met FDP een meerderheid en dus een blokkerende stem heeft.” Voor Europa maakt het volgens Aspeslagh niet veel uit of Stoiber dan wel Schröder de nieuwe bondskanselier wordt. „De Duitse rol binnen Europa zou niet veel anders zijn geweest als Stoiber had gewonnen.”