Buitenland

„Nederland niet voorbereid op grote watersnoodramp"

WASHINGTON (ANP) – Nederland kan veel leren van de ervaringen die de Verenigde Staten met de Katrina–ramp hebben opgedaan in geval van een catastrofale watersnoodramp zoals die in 1953 heeft plaatsgevonden. Dat zegt Jan Franssen, commissaris van de koningin in Zuid–Holland en voorzitter van de task force management overstromingen.

29 October 2007 07:05Gewijzigd op 14 November 2020 05:13

Die task force is in 2006 opgericht na de Katrina–ramp in Amerika om Nederland voor te bereiden op een eventuele vergelijkbare ramp. Franssen bezocht de afgelopen dagen met een delegatie van de task force onder meer het destijds zwaar getroffen New Orleans tijdens een bezoek aan de Verenigde Staten.„Als het KNMI zegt: het gaat gebeuren, wat dan?“, aldus Franssen. Daar is Nederland volgens hem onvoldoende op voorbereid. Het volgend najaar zal een grote nationale oefening worden gehouden. „De belangrijkste les die Nederland van de Amerikaanse ervaringen kan leren is een mentale instelling, dat je bij een ramp van dergelijke omvang grootschalig en nationaal moet denken”.

Dat staat haaks op de Nederlandse bestuursmentaliteit. Normaal gesproken is de gemeente, de lokale brandweer en de politie verantwoordelijk voor het bieden van hulp in geval van een ’normale’ ramp. Maar een nationale ramp is op bestuursgebied volgens Franssen de omgekeerde wereld.

„De burgemeesters van grote steden zijn mannetjesputters die denken: ’we kunnen het zelf’". Instanties werken dan langs elkaar heen en er bestaat geen infrastructuur om op nationaal niveau een respons te coördineren.

Zo is er in Nederland geen duidelijk antwoord op de vraag wie de leiding heeft bij zo’n ramp. Een les van Katrina is om bij rampenbestrijding mensen in te schakelen die ervaring hebben met grote organisaties, zoals oud–militairen. Die hebben volgens Franssen het nationale gezag dat een lokale brandweercommandant in Nederland niet heeft.

In de VS is er verder een belangrijke rol voor vrijwilligers weggelegd, waar in Nederland niet in de eerste plaats aan gedacht wordt. Als je vrijwilligers wilt inschakelen dan moet er ook kennis zijn en een bewustzijn gekweekt worden wat zij moeten doen. Daarvoor is het van belang de publieke opinie te mobiliseren.

„Wij hebben in New Orleans met slachtoffers van Katrina gesproken. Een buschauffeur die haar eigen verhaal heeft verteld, hoe zij haar hele hebben en houden is kwijtgeraakt en geen geld heeft voor een nieuw huis", aldus Franssen. „Wij moeten in Nederland praten met de slachtoffers van 1953. Het publiek moet zich de mentale verwoesting van zo’n ramp realiseren die nog steeds leeft na zoveel jaren".

Dan kom je verder voor de vraag: Heeft VROM een plan klaar als veel huizen weggespoeld worden? Wie zal dan de wederopbouw ter hand nemen? In de VS is er een plan wat er met gevangenen en dieren moet gebeuren in geval van een evacuatie.

Volgens Franssen moet voor de nationale rampenoefening in 2008 een compleet nationaal draaiboek klaar zijn wat we moeten doen 100 uur voor een ramp plaatsvindt. „Daarvoor zijn we nog lang niet klaar".

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer