Optimisme over vrede in Congo
De terugtrekking van Rwandese troepen uit het Oost-Congolese plaatsje Kindu is mogelijk „het begin van het einde” van de conflicten in oostelijk Congo. Dit meent Baudouin Hamuli, hoofd van Cenadep (Nationaal Centrum voor Steun aan Ontwikkeling en Volksparticipatie), een vooraanstaande Congolese niet-gouvernementele organisatie in Kinshasa.
Hamuli en drie andere Congolezen, onder wie twee uit het door Rwanda gedomineerde oosten, bezochten vrijdag op initiatief van het Nederlands Instituut voor Zuidelijk Afrika het Nederlandse parlement. Daar zijn ze ontvangen door PvdA-kamerlid Koenders.
De groep heeft deze week op een conferentie in Brussel beklemtoond dat de bloedige oorlog in het land voortwoekert als gevolg van de voortdurende plundering van ’s lands delfstoffen. Als de voornaamste plunderaars worden doorgaans Rwanda, Uganda, Zimbabwe en Angola genoemd, die troepen hebben in Congo.
Volgens Mupira Mambo uit Bukavu vormen die partijen slechts „het topje van de ijsberg.” Belanghebbenden in landen in Europa, de VS, Israël of Zuid-Afrika houden de exploitatie en roofbouw draaiende uit winstbejag.
De bloedige strijd om onder meer goud, diamant, hout en coltan heeft de afgelopen jaren aan naar schatting 2,5 miljoen mensen het leven gekost door geweld, ziekte en hongersnood als gevolg van de oorlog.
Donderdag nog braken gevechten uit in Kindu, kort nadat Rwandese militairen het hadden ontruimd.
