Vredesbesprekingen Darfur op sterven na dood
TRIPOLI/LONDEN (ANP/AFP) – De vredesbesprekingen over Darfur die dit weekeinde in de Libische stad Sirte moeten beginnen, lijken gedoemd te falen. De kans is zeer gering dat het overleg een eind zal maken aan het al 4,5 jaar durende bloedige conflict in het westen van Sudan dat al meer dan 200.000 levens heeft geëist.
De invloedrijkste rebellengroeperingen uit de regio hebben besloten geen acte de presence te geven. Opstandelingenvoorman Abdul Wahid al–Nur van de Sudanese Bevrijdingsbeweging SLM is onverzettelijk als altijd en zijn collega Khalil Ibrahim van de Beweging voor Gerechtigheid en Gelijkheid (JEM) is eveneens niet van zins om te komen. Zes kleinere rebellengroeperingen hebben ook afgezegd.Uitlatingen van de Libische leider Muammar Kaddafi die eerder deze week de oorlog vergeleek met „een ruzie over een kameel" doet de sfeer ook bepaald geen goed. Bovendien lijkt de keuze voor Sirte als onderhandelingsplaats geen slimme zet te zijn geweest. Het Noord–Afrikaanse land speelde een rol in het hele conflict in Darfur en hield lang hulpvluchten naar het gebied tegen.
„Libië heeft meer gedaan dan ieder ander in de regio om het geweld aan te wakkeren. Veel van de Janjaweed–milities zijn bewapend door Kaddafi", aldus Sudan–kenner Erice Reeves tegen het Franse perbureau AFP.
Bijkomend probleem is de recente Sudanese regeringscrisis. Ministers van de gewezen opstandelingenbeweging SPLM uit het zuiden van het land stapten kortstondig uit de regering van nationale eenheid waardoor rebellen uit Darfur nu de legitimiteit van de hele Sudanese regering in twijfel trekken. „We gaan niet naar Libië omdat we vinden dat de regering niet de noodzakelijke legitimiteit heeft om te onderhandelen", aldus een zegsman.
Aanvallen die volgens de rebellen begin deze maand door het Sudanese regeringsleger en de door Khartoum ondersteunde Arabische Janjaweed–milities op het vluchtelingenkamp Kalma zijn uitgevoerd, versterken het vertrouwen over en weer evenmin. De Sudanese president al–Beshir van Sudan kondigde begin september een staakt–het–vuren af dat tot de onderhandelingen had moeten leiden.
De rebellen wantrouwen tegelijkertijd de Afrikaanse Unie en Verenigde Naties. Hun bemiddeling heeft geen duidelijke en preciese visie opgeleverd over hoe het vredesproces in Darfur weer op te starten, menen de opstandelingen die zich steeds meer als roversbenden beginnen te gedragen in het westen van Sudan.
Dreigingen met internationale strafmaatregelen leggen ze naast zich neer. „De internationale gemeenschap moet zich bekommeren om de bescherming van burgers in plaats van (rebellen) groeperingen te dreigen met sancties", stelde een zegsman van de rebellen eerder deze week.
De JEM laat er geen onduidelijkheid over bestaan wat ze vindt van de door de VN–gesponsorde vredesbesprekingen in Sirte. „De beweging is niet bereid mee te doen aan deze maskerade die Sirte zal veranderen in een slavenmarkt en een plaats waar de rechten van mensen worden ingetrokken", aldus de organisatie.
De speciale VN–gezant voor Darfur, Jan Eliasson, waarschuwt voor de gevolgen van het wegblijven van de rebellen, hoewel de hoop klein is dat ze komen. Het is „het moment van de waarheid" voor Darfur en „een moment van hoop". Als de kans niet wordt aangegrepen, volgen mogelijk gevaarlijke ontwikkelingen, zegt de diplomaat. De deur blijft wel open voor opstandelingen om aan te schuiven.
„Ten aanzien van Abdel Wahid al–Nur koesteren we weinig hoop dat hij komt. Ik hoop dat hij later zal inzien dat hij naar de onderhandelingen moet komen. Er staat een stoel voor hem klaar", aldus Eliasson.