Natuurorganisatie laat oormerken Schotse koeien na
De Algemene Inspectiedienst (AID) heeft een proces-verbaal opgemaakt tegen Natuurmonumenten.
De natuurorganisatie verzuimde de afgelopen anderhalf jaar kalveren van de Schotse Hooglanders in het Twentse natuurgebied Witte Veen te merken met de verplichte gele oorflappen. Dit heeft een woordvoerder van de AID donderdag gezegd.
Sinds de mond- en klauwzeercrisis in 2001 controleert de AID runderen in natuurgebieden strenger. De oormerken zijn belangrijk om bij een uitbraak van een besmettelijke dierziekte snel te kunnen achterhalen waar de dieren vandaan komen.
Natuurmonumenten heeft de AID verzekerd dat de runderen in oktober bij elkaar worden gedreven. Dan zal worden gekeken welk kalf bij welke moeder hoort. Hooglanders waarvan de afkomst ook na DNA-onderzoek onduidelijk blijft, zullen alsnog moeten worden afgemaakt.
Volgens Natuurmonumenten is de situatie ontstaan door de mkz-crisis. „We konden vorig jaar de dieren in het Witte Veen niet bijeendrijven om de kalveren te merken. Eind vorig jaar hebben we wel een deel van de moeder-kalfrelaties uit kunnen zoeken, en kalveren gemerkt, maar dit is nog niet bij alle runderen gelukt”, aldus de woordvoerder.
De natuurorganisatie heeft van de AID tot november uitstel gekregen om de Schotse Hooglanders van gele oorflappen te voorzien.