Dat gaf minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken) donderdag aan tijdens een overleg in de Tweede Kamer over een rapport van de AIVD over het toenemend aantal niet–gewelddadige radicale moslims. De inlichtingendienst beoordeelt of een organisatie oneigenlijk gebruik probeert te maken van de subsidies.Dat gebeurt op eigen initiatief, maar ook op verzoek van overheidsinstellingen. Als een organisatie subsidie aanvraagt, kan de AIVD kijken of er iets bijzonders aan de hand is met de instelling. „Bij twijfel, vraag het de AIVD", luidt het advies van Ter Horst. „Als blijkt dat het onverstandig is om subsidie te verstrekken, moet je het niet doen".

De AIVD licht gemeenten ook voor over groepen aan wie ze geen subsidie zouden moeten geven. De dienst roept de overheid op alert te zijn op de „façadepolitiek" die radicale bewegingen regelmatig gebruiken en adviseert geen projecten te ondersteunen die naar radicale moskeeën en centra zijn te herleiden.

De VVD pleitte er in het overleg voor subsidies stop te zetten van jongerencentra die radicale predikers een podium bieden.