„Sociaal leven mogelijk bij schizofrenie”
WENEN (ANP) - Werk en een normaal sociaal leven. Op dat doel moet de behandeling van schizofreniepatiënten zijn gericht. Volgens Douglas Turkington, hoogleraar psychosociale psychiatrie aan de Universiteit van Newcastle, is dat perspectief realistisch.
Nieuwe medicijnen en een nieuwe sociaalpsychologische aanpak moeten daarbij samengaan, aldus Turkington. De Brit zei dat maandag in de marge van het European College of Neuropsychopharmacology in Wenen, een jaarlijkse bijeenkomst die 6000 psychiaters en neurologen trekt. Van de 2000 Nederlandse psychiaters waren er 200 in de Oostenrijkse hoofdstad.Bij iets minder dan 1 procent van de Nederlanders, 160.000 mensen, is de diagnose schizofrenie (letterlijk: gespleten geest) gesteld. Ze maken periodes door waarin ze psychotisch zijn. Dan horen ze stemmen en hebben ze waandenkbeelden. Medicijnen maken het mogelijk de ziekte enigszins onder controle te krijgen.
Probleem is echter dat deze patiënten vaak niet willen weten dat ze ziek zijn. Trouw pillen slikken komt bij hen slechts sporadisch voor. Volgens recent onderzoek stapt driekwart binnen anderhalf jaar over op andere medicijnen.
Het feit dat de bijeenkomst werd gehouden in het Sigmund Freud Museum wekte bepaalde verwachtingen. Freud meende dat zijn psychoanalyse eigenlijk niet geschikt was om ernstige stoornissen als schizofrenie te behandelen.
De huidige behandelaars zijn de vader van de psychoanalyse ruimschoots voorbij. Onomstotelijk staat vast dat de hersenen van schizofreniepatiënten specifieke afwijkingen hebben. Het centrale deel van de hersenen, de thalamus, is kleiner dan gewoonlijk. Andere delen van de hersenen zijn juist groter. Maar onderzoek van eeneiige tweelingen maakt duidelijk dat die afwijkingen niet automatisch tot schizofrenie leiden.
Schizofrenie geldt als de eerste psychiatrische aandoening waarbij een duidelijk verband is gevonden tussen ziekte en biologische veranderingen in de hersenen. Kennis over de ontstaanswijze van de ziekte moet helpen in de speurtocht naar een precieze therapie. Niet meer dan een op de vijf patiënten geneest spontaan na een psychose. Een op de tien patiënten pleegt suïcide.
Jarenlang stagneerde de ontwikkeling van geneesmiddelen. Met ingang van volgende maand is er in Nederland een medicijn beschikbaar I (Invega, werkzame stof paliperidone) dat niet leidt tot overgewicht, een vervelende bijwerking van de vorige pillen.
Bovendien leidt het middel minder dan zijn voorgangers tot verschijnselen die op de ziekte van Parkinson lijken. Over de werkzaamheid op langere termijn konden de Amerikaanse onderzoekers gisteren niets vertellen. Nadeel is dat de vaak bepaald niet therapietrouwe schizofreniepatiënt het medicijn dagelijks moet slikken.