De treinmachinisten, vertegenwoordigd door de vakbond GDL, legden het werk ’s ochtends tussen acht en elf uur neer in heel Duitsland. Daardoor werd vooral het regionale en lokale treinverkeer getroffen. Een rechtbank in Chemnitz verbood op het laatste moment een staking bij het goederenvervoer en het intercityverkeer.Dit verbod kon echter niet voorkomen dat het langeafstandsverkeer toch ontregeld raakte, want ongeveer een derde van de 750 intercitytreinen stond stil. De treinen die wel reden, werden bemand door personeel dat is aangesloten bij andere vakbonden. Volgens Deutsche Bahn kon door deze noodmaatregel ongeveer de helft van de regionale en lokale treinen blijven rijden. Ongeveer 10 miljoen mensen maken dagelijks gebruik van de trein in Duitsland.

GDL eist een loonsverhoging tot 31 procent voor zijn 31.000 leden. Deutsche Bahn wil niet verder gaan dan een loonsverhoging van 10 procent in ruil voor een twee uur langere werkweek.

GDL-voorzitter Manfred Schell heeft met meer acties gedreigd als het Duitse staatsspoorbedrijf niet toegeeft aan de eisen van de bond. GDL vindt dat de lonen van treinbestuurders in Duitsland te laag zijn in vergelijking met die in andere Europese landen. De machinisten legden in de zomermaanden ook al het werk neer uit onvrede over het verloop van de loononderhandelingen.

De Duitse nationale spoorwegmaatschappij is het grootste spoorbedrijf van Europa met ongeveer 28.000 treinen, 4183 stations en meer dan 34.000 kilometer spoor. Volgens een Duits economisch onderzoeksinstituut kan een algemene staking op het spoor een omzetverlies betekenen van 500 miljoen euro per dag.