„Ik ga ook regelmatig naar een keet, maar daar wordt echt per persoon niet meer dan zes tot zeven glazen bier en wat rum weggewerkt”, reageert Siempj uit Zeeland op yord.nl. „Behoorlijk aan de maat, maar ja, als je in Zeeland woont, moet je ergens tegen kunnen. Ik vind het zo zielig dat er zo’n ophef over wordt gemaakt. Het ideale jongerenbeeld van een oudere is dat je tot tien uur ’s avonds achter je huiswerk zit, nog even een geestelijk boek leest en dan om halfelf op bed ligt. Zo gaat het tegenwoordig gewoon niet meer.”„Ik vind dat jongeren en ouders een verschrikkelijk negatief beeld neerzetten over de kerk en de jeugdvereniging”, zegt Miss, kennelijk uit Staphorst of Rouveen. „De jv is helemaal niet saai! Ik vraag me af of de geïnterviewde jongeren er ooit geweest zijn.”

Meizz uit Staphorst bezoekt avonden van de Stichting Jongeren Ontmoeting Staphorst (SJOS) en de jeugdvereniging. Zij vindt dat christelijke jongeren in Staphorst niet naar een keet hoeven, omdat er genoeg voor ze wordt gedaan. „Het gaat er natuurlijk om wat je zélf wilt. Als je kiest voor keten, moet je geen excuus verzinnen dat er niets te doen is voor jongeren.” Cooltje vindt dat refo’s zich niet moeten afscheiden van de echte wereld, „anders kun je nooit meer lol maken.”

Gert (24) uit Kampen ging jarenlang naar diverse keten en zegt dat het alcoholgebruik er best meevalt. „Wat is er nou stoerder dan te zeggen dat je veel bier op kunt? Dat er jongeren zijn die wel vaak te veel drinken zal ik zeker niet ontkennen. Maar helaas zijn die overal.”

„Het is schokkend om te lezen dat er vanuit de christelijke gemeente geen adequate actie ondernomen wordt om binnen de gemeente een gezellige sociale ontmoetingsplaats te realiseren, zodat de noodzaak om naar de keet te gaan er niet meer is”, schrijft Jacomine Thomas (35) uit Delft. „Hoe kan het gebeuren dat wij, die belijden de Heere Jezus te volgen, onze jongeren zo aan hun lot overlaten?”

W. A. Hagendijk (47) uit Oud-Alblas vraagt zich af of er vanaf de preekstoelen wel voldoende wordt gewaarschuwd tegen alcoholmisbruik en keten. „Wordt er vanaf diezelfde preekstoelen ook nog een positief geluid gehoord dat het leven met God een veel rijker leven is dan uitleven in de zonde?”

Als ouders zijn we tekortgeschoten in de opvoeding van onze kinderen, steekt M. I. Elenbaas (60) uit Amerongen de hand in eigen boezem. „Jongerenketen moeten dicht. Laten we proberen het thuis gezellig te maken voor de jongeren en ze niet aan hun lot over te laten. De kloof tussen ouders en jeugd is nu veel te groot.”

R. Veldhuizen uit Ooltgensplaat maakt zich zorgen over de rol die alcohol in gezinnen speelt. „Wat gebeurt er in de gezinnen als iemand geen alcohol nuttigt? Hij is een watje. Bovendien: hoe wordt er niet gelachen, als kleine kinderen een slokje bier drinken of het glas leeg mogen maken.”

Naast de eerste verantwoordelijkheid van ouders berust er ook een politieke en morele verantwoordelijkheid bij de landelijke en plaatselijke politiek, vindt P. Schouwstra (54) uit Rijssen, teamchef bij de politie en schaduwfractielid van de lokale SGP.

Hij krijgt bijval van J. Mulder (47) uit Uddel die vooral het gedoogbeleid rond keten laakt. „Het gedoogvirus heeft zich nu (ook) genesteld in gemeenten met een christelijke/reformatorische signatuur waar partijen als de SGP en de ChristenUnie meestal een belangrijke stem in het kapittel hebben. Ik heb altijd gedacht dat die partijen het gedogen beschouwen als iets verwerpelijks uit de softe linkse hoek. Nu het echter niet gaat om de verfoeide coffeeshops, maar om ontketende ’biershops’ in de eigen gezindte, moet het bekende zwaard van de overheid in de schede blijven en is gedogen onder het stellen van enige voorwaarden plotseling het toverwoord.”