Dit staat in een voorlopig rapport dat de basis vormt voor openbare hoorzittingen georganiseerd door het Amerikaanse Congres (parlement). Medewerkers van een speciale onderzoekscommissie hebben meer dan 400.000 documenten bestudeerd en 500 mensen geïnterviewd. Het parlement wil weten waarom Amerika’s inlichtingendiensten zo jammerlijk faalden in de aanloop naar de aanslagen op 11 september vorig jaar.

„Het was allemaal versnipperd en soms werkte men elkaar tegen. Maar als je ziet welke informatie er beschikbaar was, dan dringt de vraag zich op of de aanslagen in New York en Washington voorkomen hadden kunnen worden als de beschikbare informatie door een kleine groep deskundigen gecoördineerd was geanalyseerd. Dan had men misschien een patroon ontdekt dat de septembercatastrofe had kunnen voorkomen”, meent senator Bob Graham, voorzitter van de commissie inlichtingen van de Senaat.

Een woordvoerder van de onderzoekscommissie benadrukte gisteren dat er wel informatie beschikbaar was over mogelijke „aanslagen”, maar geen concrete informatie over doelwit, tijdstip en plaats. De Amerikaanse regering heeft zich verzet tegen een onderzoek naar het functioneren van de inlichtingendiensten, maar het Congres heeft toch doorgezet. Er wordt momenteel onderhandeld met Defensie en Buitenlandse Zaken over een verschijnen voor de commissie van de ministers Rumsfeld en Powell.

Democratisch senaatsfractievoorzitter Tom Daschle beschuldigt de Republikeinse regering ervan het werk van de commissie te dwarsbomen. Sommige documenten werden bijvoorbeeld niet vrijgegeven en verschillende ambtenaren mogen niet komen getuigen. „Dat betekent dat wij misschien in tijdnood komen vanwege de aanstaande verkiezingen begin november. Lukt het ons niet om dit onderzoek tijdig af te ronden, dan moet er alsnog een onafhankelijk onderzoek komen naar het functioneren van de inlichtingendiensten”, meende Daschle gisteren.