Amerika blijft belangrijkste wapenexporteur
NEW YORK - De VS is vorig jaar ’s werelds belangrijkste wapenexporteur gebleven, gevolgd door Rusland en Groot-Brittannië. Dat blijkt uit een rapport dat maandag werd bekendgemaakt door de zogeheten Congressional Research Service, een onafhankelijk onderzoeksinstituut van het Amerikaanse parlement.
In totaal bedroeg de export van wapens vorig jaar 40,3 miljard dollar, waarvan de VS 16,9 miljard voor hun rekening namen. Rusland kwam met 8,7 miljoen halverwege. De belangrijkste wapenkopers waren Pakistan, India en Saudi-Arabië. Moskou was in 2005 een belangrijke wapenleverancier van Iran, maar de actuele situatie leidde vorig jaar tot minder wapenexporten naar dat land.„Moskou achtte het misschien te provocatief om te veel wapens naar Iran te exporteren terwijl er in de VN-Veiligheidsraad werd gediscussieerd over nieuwe sancties tegen Teheran in verband met de nucleaire ambities van Iran. Maar als compensatie daarvoor sloten de Russen belangrijke wapencontracten af met het regime van Hugo Chavez van Venezuela”, zegt politiek analist Michael O’Hanlon van het Brookings Research Instituut in Washington.
In het wapenakkoord van Venezuela met Moskou zat een opmerkelijke clausule. De Russen gaan namelijk een fabriek bouwen in Venezuela waar de Venezolanen voortaan zelf de Russische kalasjnikov AK-47 zullen produceren. „Dat is een gevaarlijke ontwikkeling”, meent de Ghanese VN-ambassadeur in New York Jacob Wilmot. Ghana neemt momenteel het voorzitterschap waar van de Afrikaanse Unie, een groep die binnen de VN sterk aandringt op regulering van de internationale wapenhandel.
In 2001 kwam een aantal landen, waaronder Nederland, met het voorstel om de internationale wapenhandel te reguleren, waarbij het de initiatiefnemers vooral ging om de handel in handvuurwapens. Maar de voorstanders van een strakkere regulering van de wapenhandel vinden invloedrijke tegenstanders op hun pad. Een van de belangrijkste is de National Rifle Association (NRA), de invloedrijkste Amerikaanse wapenlobby. „Wanneer er internationale wapenafspraken komen, zal dat waarschijnlijk beperkingen met zich meebrengen van het recht van iedere Amerikaan om wapens te dragen, en dat is iets waar wij absoluut tegen zijn”, maakt Bob Barr van de NRA duidelijk.
Tot nu toe hebben 98 landen de VN laten weten wat hun prioriteiten zijn voor een internationaal wapenverdrag. Mede onder invloed van de oppositie van de NRA heeft Washington nog geen prioriteitenlijst ingediend. De bijdragen die de wapenexporteurs Rusland en China hebben ingediend, geven volgens een VN-woordvoerder „geen blijk van groot enthousiasme voor dit onderwerp.”
Is de wapenhandel economisch dan zo belangrijk voor deze landen? O’Hanlon: „Niet zozeer economisch als wel politiek; met wapenleveranties koop je politieke invloed. Daarom is wapenexport belangrijk en daarom kijkt Washington momenteel met de nodige argwaan naar de ontwikkelingen in Venezuela, waar Hugo Chavez de traditionele Amerikaanse wapenleverancier de rug toekeert en zich nu tot Rusland wendt. De koude oorlog mag dan voorbij zijn, de wedijver om internationale invloed is dat niet.”
Kan men iets verwachten van een internationaal verdrag over de handel in wapens, als de grote wapenexporteurs daarvoor weinig belangstelling tonen? Dat is een verkeerd uitgangspunt volgens James Doyle van de Carnegie Stichting voor Internationale Vrede. „Er worden jaarlijks honderdduizenden mensen gedood door wapengeweld. Landen die hiervan het slachtoffer zijn, willen een betere greep krijgen op de wapenstromen. Internationale afspraken daarover - hoe moeilijk misschien ook om te controleren - vormen een hoopvol begin”, aldus Doyle.
Hoe gaat het nu praktisch verder? VN-secretaris-generaal Ban Ki Moon zal binnenkort een werkgroep benoemen die de prioriteitenlijsten samenvat. Daarna zal een nieuwe werkgroep worden gevraagd om een ontwerpverdrag op te stellen. „Als wij in 2010 tot een verdrag kunnen komen, is dat een mooi resultaat. Ik weet het, dat lijkt allemaal erg traag. Maar vergeet niet dat er elke dag mensen sterven door wapengeweld, vaak met illegale wapens. Het is dus dringend geboden om daar iets aan te doen, hoeveel tijd, hoeveel geduld en hoeveel onderhandelen met onwillige partijen dat ook mag vergen”, meent James Doyle.