Vaag taalgebruik
We nemen het mee. Wel, dat is geruststellend, het hoofd kan op het kussen, de slaap mag gevat worden. Het wordt immers meegenomen. Wat precies wordt meegenomen, waarheen en wat ermee gedaan wordt blijft vaag. Maar het heeft de aandacht. Om welke vraag of welk probleem het ook gaat, de oplossing is tegenwoordig eenvoudig; gewoon ”meenemen”. Onder de arm of in een aktetas.
Vage en nietszeggende frasen vullen ons leven. We zijn eraan gewend en doen er zelf -gewild of ongewild- aan mee. Hoewel, het kan nogal uitmaken waar we onze tijd doorbrengen, waarmee we ons geld verdienen of aan welk hobbyïsme we ons laven. Een moeder krijgt weinig gelegenheid vage antwoorden aan haar peuters te geven. Die pikken het niet, blijven net zolang doorvragen tot ze concrete antwoorden hebben. Middenstanders en zakenlui laten zich ook niet gemakkelijk met een kluitje in het riet sturen.Maar de politiek leeft ervan. Hoe vager, hoe beter, dan kun je later nog alle kanten uit. Het is dus logisch dat het politieke leven hofleverancier is in vaagheid. Omdat veel politici niet helder wíllen zijn.
Maar ook andere vakgebieden dingen naar de hoofdprijs in vaag taalgebruik. Wie de slijterij binnenstapt, wordt getrakteerd op begrippen die hoogstens een gevoel oproepen. Waarbij je smaakpapillen samentrekken op niet meer dan suggestie. Rond op de tong, met een eerlijke afdronk laat zich nauwelijks vertalen in een smaak. Of andersom: een smaak laat zich moeilijk onder woorden brengen. Een elegante wijn, of een strakke wijn. Wordt daarmee hetzelfde bedoeld als een slanke wijn? Het lijkt weinig om het lijf te hebben, maar het kan een mens toch bezighouden. Op wijngebied wíllen we misschien wel helder zijn, maar kúnnen we het niet.
Kunstenaars -maar misschien nog meer kunstrecensenten- maken er helemaal een potje van. Toegegeven, het is niet makkelijk om de juiste beschrijving te vinden voor stijl en kleur in een schilderij, voor compositie en sfeer van een doek, voor vorm en taal van een beeldhouwwerk. Maar soms bekruipt je het gevoel dat we ons best niet willen doen om helderheid te scheppen. Dat we ons verliezen in schone, maar onbegrijpelijke vergelijkingen, metaforen.
In het gemeentehuis van Veldhoven is een tentoonstelling ingericht met werk van de Eindhovense kunstschilder Jan van den Berg. Een persbericht vermeldt dat Van den Berg zich ten doel stelt „schilderkunst terug te brengen tot de essentie. Hij streeft naar schoonheid in alle betekenissen van het woord.” Daar kunnen we het even mee doen: schoonheid in alle betekenissen van het woord. Het klinkt veelomvattend, maar Van Dale geeft in zijn woordenboek slechts twee betekenissen voor schoonheid: 1. de eigenschap van het mooi te zijn; 2. een bijzonder mooie vrouw. Dus Van den Berg streeft naar schoonheid als die van een bijzonder mooie vrouw. Daar valt moeilijk een touw aan vast te knopen. Temeer daar hij abstracte kunstwerken schildert, geen vrouwen dus. Ook geen bijzonder mooie, wat daaronder ook verstaan dient te worden.
Maar het persbericht maakt het nog bonter: „Zijn houding ten opzichte van het schilderen is bijna meditatief. Steeds weer hetzelfde zeggen, maar dan helderder. Lichter, zuiverder. Jan van den Berg maakt schilderijen die zo gewichtloos mogelijk zijn en waarin beweging en rust, transparantie en stilte en het fysieke en de immateriële uitstraling geen tegenstellingen meer oproepen en elkaar op een vanzelfsprekende manier vinden.” Dit roept zelfs geen gevoel meer op.
Gelukkig kan het computerprogramma Word hulp bieden bij de strijd tegen vaagheid. De spellingscontrole stopt niet alleen bij foute spelling en verkeerde zinsconstructies. Ook bij onduidelijk taalgebruik stopt de checker, geeft groene onderstrepingen en meldt: vaag taalgebruik. Tussen haakjes staat daarachter (geheel overbodig): geen suggesties.
Reageren aan scribent? beeldenstorm@refdag.nl.