Economie

Italiaanse snit van Hollandse jongen

AMSTERDAM - Suitsupply houdt niet zo van al die franje. Dus geen wijnproeverijen of champagnefeestjes in huis om de pakkenman naar binnen te lokken. „We zijn straight en to the point. Als iemand een pak nodig heeft, willen we dat hij als eerste aan ons denkt.”

Robert Verkerk (ANP)
1 October 2007 08:42Gewijzigd op 14 November 2020 05:08
AMSTERDAM – Directeur en mede eigenaar Fokke de Jong wil internationaal doorbreken met de kledingwinkels van SuitSupply. De komende tien jaar moeten er honderden zaken bijkomen. Deze en volgende maand worden er filialen geopend in Antwerpen en Londen.
AMSTERDAM – Directeur en mede eigenaar Fokke de Jong wil internationaal doorbreken met de kledingwinkels van SuitSupply. De komende tien jaar moeten er honderden zaken bijkomen. Deze en volgende maand worden er filialen geopend in Antwerpen en Londen.

Directeur en mede-eigenaar Fokke de Jong is 33 jaar. Met 10.000 gulden begon hij langs de A4 Suitsupply en nu wil hij internationaal doorbreken door in oktober en november respectievelijk in modestad Antwerpen en Londen een filiaal te openen.De komende tien jaar moeten er honderden zaken bijkomen, want hij gelooft dat de formule ook bij onder anderen Italiaanse, Franse, Engelse en Belgische pakkenmannen aanslaat.

Het bedrijf is uniek omdat het modieuze pakken maakt tegen een zeer scherpe prijs, desnoods op maat en op de klassieke Italiaanse manier. Bovendien presenteert het zich op een eigenzinnige manier, waar alles door speciaal opgeleide mensen met de hand wordt geperst en genaaid. In de winkels zijn zogeheten tailorcorners ingericht waar de pakken worden vermaakt en daarop kan de klant wachten.

„Als dat niet binnen een halfuur is gebeurd, hoeft de klant zelfs niet te betalen.” Waarmee De Jong maar aangeeft hoe strak het bedrijf zich richt op de klant. Een pak bij Suitsupply begint bij 229 euro en een maatpak onder de naam ”cut to the bone” bij 350 tot 500 euro. Die prijs -met weliswaar een lagere marge- is mogelijk omdat alle schakels van productie tot winkel eruit zijn gehaald.

Als De Jong het maar even over het maken van een pak heeft, zoekt hij direct een jasje uit om dat op tafel te ontdoen van de buitenkant. „Kijk, dit bedoel ik, wij gebruiken katoen en paardenhaar als geraamte. Dan valt het allemaal veel natuurlijker over het lichaam. En aangezien de mode tegenwoordig toch wat meer op het lijf is gesneden, is dit ook het beste om te gebruiken”, licht De Jong toe.

Hoe groot de invloed van Suitsupply op de Nederlandse pakkenmarkt en zijn clientèle is, weet De Jong niet precies. Feit is wel dat sinds de komst van het bedrijf de prijzen omlaag zijn gegaan en dat een pak niet alleen meer synoniem staat voor zakenman. Ook de ruige jongen kan zo maar een dag hebben dat hij strak in het pak naar zijn werk gaat. Suitsupply wil dan ook niet denken in doelgroepen. „We zijn er voor iedereen; mensen die gezien willen worden.”

In ieder geval lijkt de Nederlandse man, mede door Suitsupply, wat meer gevoel voor stijl te hebben gekregen. In modestad Antwerpen moet dat makkelijker gaan. Daar zijn de heren in het algemeen stijlvoller gekleed. „De zuiderburen hebben wat meer gevoel voor finesses en detail, maar dat komt nu ook in Nederland wel op. In ieder geval zien wij, vooral in de Randstad, minder vraag naar de wat schreeuwerige dassen en pakken met die te vette krijtstreep.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer