Nu is het nog zo dat transporteurs voor hun internationale locomotieven vergunningen nodig hebben. Het kost gemiddeld 2,5 miljoen euro per locomotief om die te krijgen in andere EU-landen. De procedures kunnen oplopen tot een jaar per lidstaat.Daarom wordt nu besloten tot wat genoemd wordt de „wederzijdse erkenning van rollend materieel". De goedkeuring van een locomotief gebeurt één keer en geldt dan in de hele EU. Nederland kende al zo’n afspraak met een aantal buurlanden, onder meer voor de goederenlijn Rotterdam–Genua.