De turboprop, ofwel de Q-400 van de Canadese vliegtuigbouwer Bombardier, raakte eerder deze maand in opspraak na twee incidenten. Een Q-400 met 48 passagiers aan boord moest een noodlanding maken in Litouwen, nadat er problemen waren geconstateerd met het landingsgestel.In Denemarken raakten vijf passagiers van een Q-400 gewond toen tijdens de landing een wiel afbrak. Bombardier riep daarna op om alle turboprops die minstens 10.000 vluchten hebben gemaakt voor inspectie aan de grond te houden.

Een woordvoerster liet weten dat op enkele toestellen na alle 27 turboprops van SAS gecontroleerd zijn en dat bij allemaal roest is geconstateerd. SAS had voor de controle al gemeld dat het alle landingsgestellen zou vervangen. De fouten zijn volgens de woordvoerster nu pas aan het licht gekomen doordat het onderdelen betreft die niet in Bombardiers onderhoudsprogramma voor dit type toestel zijn opgenomen.

In de romp van een Boeing 737-800 van de Taiwanese maatschappij China Airlines die op de luchthaven van Saga op het westelijke Japanse eiland Kyushu was geland, ontdekten grondwerktuigkundigen donderdagmiddag een 70 centimeter lange scheur.

Tijdens de vlucht uit Taipei was er niets bijzonders voorgevallen. De scheur bij de staart werd ongeveer een halfuur voordat de terugvlucht zou beginnen, ontdekt. Uit Taipei moest een ander toestel komen om de 49 passagiers op te halen.

Een team van technisch specialisten was gisteren uit Taipei onderweg om het toestel aan een inspectie te onderwerpen. Ook de Japanse luchtvaartdienst stelt een onderzoek in.

Vorige maand vloog een ander toestel van China Airlines kort na aankomst op het vliegveld van het Japanse eiland Okinawa in brand. Een losgeraakte bout van een uitschuifbare klep aan de voorkant van de rechtervleugel bleek een brandstoftank te hebben doorboord, waardoor die was gaan lekken.