De Nederlands-Britse oliemaatschappij maakte gisteren bekend dat het de investering voor Motiva, een samenwerkingsverband van Shell en het staatsoliebedrijf Saudi Aramco, definitief doorzet.Shell ontvouwde vorig jaar al plannen om de dagelijkse verwerkingscapaciteit van de Motivaolieraffinaderij in Port Arthur in de Amerikaanse staat Texas op te schroeven met 325.000 tot 600.000 vaten (van 159 liter) olieproducten.

De VS kampen met een capaciteitstekort voor de verwerking van olie tot benzine. Dagelijks is er sprake van een benzinetekort van 1 miljoen vaten dat met importen moet worden aangevuld. In totaal verbruiken de Amerikanen 9 miljoen vaten benzine per dag.

De totale verwerkingscapaciteit van Shell in de VS komt met de uitbreiding in Port Arthur uit op 1 miljoen vaten olieproducten per dag. Grofweg de helft wat in de VS de raffinaderij ingaat komt er als benzine uit. Shell is marktleider op de Amerikaanse benzinemarkt met een aandeel van 10 procent.

„De uitbreiding in Port Arthur staat gelijk aan de bouw van de eerste nieuwe raffinaderij in de VS in ruim dertig jaar”, aldus bestuurslid Rob Routs van Shell. Door de expansie kan Shell meer benzine en diesel aan tankstations en meer kerosine aan de luchtvaartindustrie in het oosten en zuiden van de VS leveren.

De vernieuwde raffinaderij zal meer verschillende soorten olie kunnen verwerken. „Olie die makkelijk te verwerken is, raakt op”, aldus Routs. Steeds vaker wordt olie in minder toegankelijke gebieden gewonnen. Deze olie bevat meer zwavel en is taaier dan bijvoorbeeld de ’lichtere’ Noordzeeolie. In Canada ontgint Shell olie uit teerzanden. Deze olie heeft meer bewerking nodig om als brandstof te kunnen worden gebruikt.

De uitstoot van schadelijke stoffen van de vernieuwde raffinaderij zal volgens Shell bovendien minder zijn dan de emissies van bestaande raffinaderijen.