Kinderdoding vaak uit verdriet over dierbare
TILBURG - Mensen die kinderen doden, hebben vaak op jonge leeftijd een of meer dierbaren verloren. Ook was de band met hun ouders niet goed en hebben ze een psychische stoornis.
Dat blijkt uit onderzoek van psycholoog A. J. Verheugt, die vrijdag aan de Universiteit van Tilburg promoveert op een proefschrift over kinderdoding. Veel van de daders begaan de moord wanneer opnieuw een dierbare dreigt te overlijden of wanneer er een scheiding nabij lijkt.Verheugt onderzocht onder meer 53 gevallen van kinderdoding in Nederland tussen 1994 en 2003. In Nederland komt gemiddeld tien tot vijftien keer per jaar een geval van kinderdoding aan het licht. Tweederde van de daders blijkt man te zijn. Mannen blijken kinderen vooral te doden vanuit gevoelens van wraak, jaloezie en straf, terwijl vrouwen vaker handelen vanuit ongewenstheid van het kind en psychose.
Kinderdoders zijn doorgaans afkomstig uit relatief grote gezinnen waarin de ouders emotioneel weinig beschikbaar zijn en behoren tot de lagere sociaaleconomische klassen. Meer dan tweederde is als kind lichamelijk of psychisch mishandeld en 85 procent heeft een of meer dierbaren verloren. Bij het doden van hun kind lijdt 93 procent aan een psychiatrische of persoonlijkheidsstoornis.