Binnenland

Jeugdgevangenissen onder vuur

APELDOORN - Jeugdgevangenissen liggen zwaar onder vuur. Er verblijven jongeren die er niet horen. De veiligheid in de inrichtingen laat te wensen over. Inspectiediensten kraakten deze week harde noten.

J. Visscher
14 September 2007 22:19Gewijzigd op 14 November 2020 05:06

„Het is om wanhopig van te worden”, zegt Hennie Brakel, woordvoerder van de Stichting Misplaatst. Die verzamelt klachten van ouders van kinderen met een gedragsstoornis die in een jeugdgevangenis zijn geplaatst wegens gebrek aan opvang in de reguliere jeugdzorg. Ze doelt op de reeks klachten over het reilen en zeilen in jeugdgevangenissen.Zoals het verhaal van het meisje dat seksueel is misbruikt en daarom ook lijdt aan een ernstige gedragsstoornis. Omdat ze niet terecht kan in de reguliere jeugdzorg, wordt ze in een jeugdgevangenis geplaatst, hoewel ze geen strafblad heeft. In de jeugdgevangenis gaat het faliekant mis. Als het meisje zich op een dag ernstig misdraagt, moet ze naar de isoleercel. Vier bewakers sommeren haar zich uit te kleden en doen haar een zogeheten scheurjurk aan, een kledingstuk dat geen touwen of riemen bevat waarmee de drager zichzelf kan verwonden.

Eenmaal in de isoleercel blijft het kind voor overlast zorgen. In een poging onder toezicht uit te komen, plaatst ze haar matras voor de camera in haar cel. De cipiers besluiten het obstakel weg te halen en laten het kind zonder matras achter. De ingeseinde gevangenisdirecteur komt voor de nachtelijke crisis zijn bed niet uit. Het meisje moet de nacht zonder matras doorbrengen.

„Je zult maar ouder zijn van een meisje met zo’n verleden dat op een plek waar ze niet thuishoort op zo’n akelige manier wordt behandeld”, zegt Brakel. Het verhaal van het meisje in de isoleercel is één van de 300 meldingen die Stichting Misplaatst sinds de oprichting in 2005 te horen kreeg.

Grootste pijnpunt is dat zo’n 1200 van de 3000 jongeren in jeugdgevangenissen daar niet horen. Die 1200 lijden aan ernstige gedragsstoornissen. Omdat ze een plek in de reguliere jeugdzorg ontberen, maar toch een afgesloten omgeving nodig hebben, komen ze sinds enkele jaren terecht in jeugdgevangenissen.

„Je kunt bijvoorbeeld denken aan een kind dat door zijn ouders is mishandeld, een gedragsstoornis ontwikkelt en zijn broertjes en zusjes gaat meppen. Zo’n jongen is thuis niet te handhaven. Als er bij andere instanties geen plek is, zoals bij de pleegzorg, kan zo’n jongen in een jeugdgevangenis terechtkomen. Terwijl hij daar helemaal niet thuishoort. In de praktijk blijkt dat de gedragsgestoorde jongen niet of nauwelijks de juiste behandeling krijgt.”

Doorn in het oog van de ouders is dat de communicatie met de gevangenisleiding vaak onder de maat is, schetst Brakel. Ze spreekt uit ervaring. Haar eigen zoontje, die lijdt aan een gedragsstoornis waarbij hij onder meer erg kwaad kan worden, zat in 2004 in een jeugdgevangenis, na „tevergeefs lang zeulen” langs jeugdinstellingen. Brakel maakte zich „ernstig zorgen” dat haar kind te midden van jeugdig geboefte werd geplaatst. Met weerzin kijkt ze terug op die periode. „We moesten twee keer naar de rechter om gedaan te krijgen dat onze zoon uit de gevangenis weg mocht. Alleen als je niet met je laat sollen, kom je ergens.”

Ook aan de medische zorg in jeugdgevangenissen valt veel te verbeteren, is de stellige overtuiging van Brakel. „Mijn zoon heeft meegemaakt dat een jongen met een darmziekte acuut medische hulp nodig had. Iedereen van de groep moest naar zijn eigen kamer. Mijn zoon hoorde in zijn eigen cel de jongeman kermen van de pijn. Pas na anderhalf uur, aldus mijn zoon, kwam er een ambulance die de jongen met zwaailichten afvoerde. Dat duurt natuurlijk allemaal veel te lang.”

Loopt Stichting Misplaatst het gevaar een te zwartgallig beeld te schetsen van de jeugdgevangenissen in Nederland? „Ik kan niet anders dan dit verhaal vertellen”, reageert Brakel. „Ik heb welgeteld één positief verhaal gehoord de afgelopen jaren. Een moeder die zei dat er vanuit een reguliere jeugdzorginstelling ambulante hulp kwam voor haar zoon in een jeugdgevangenis.” Ze wijst erop dat ook kinderrechters de noodklok luidden over de situatie van jongeren zonder strafblad die in jeugddetentie verblijven.

Ook vier inspectiediensten stelden afgelopen week dat de veertien justitiële jeugdinrichtingen in ons land er niet in slagen jongeren goed te behandelen.

Staatssecretaris Albayrak van Justitie trok het boetekleed aan. In een brief aan de Tweede Kamer erkent ze de noodzaak van snelle verbeteringen. Zo zullen jongeren met alleen gedragsstoornissen worden gescheiden van jongeren met een strafblad, zoals al eerder van regeringswege is beslist.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer