Binnenland

„Staatscourant te goed om te verdampen”

DEN HAAG - De nieuwe Elektronische Bekendmakingswet luidt het einde in van de Staatscourant, een monument uit 1814. CDA-Kamerlid Schinkelshoek en de redactie hopen iets van de papieren versie te kunnen redden.

Pieter Jan Dijkman
14 September 2007 21:53Gewijzigd op 14 November 2020 05:06
DEN HAAG – Het eerste Staatscourantnummer, van 1 januari 1814, en een van de jongste exemplaren. Foto’s Sdu
DEN HAAG – Het eerste Staatscourantnummer, van 1 januari 1814, en een van de jongste exemplaren. Foto’s Sdu

„Iets slopen uit 1814 zonder dat iemand erbij stilstaat, dat kan echt niet”, verzucht redacteur Cyriel van Rossum van de Staatscourant.Het is wel wat dreigt te gebeuren. De recent ingediende Elektronische Bekendmakingswet moet een einde maken aan de papieren uitgave van de Staatscourant. Voortaan worden de besluiten van de overheid via internet bekendgemaakt. Dat is goedkoper, efficiënter, en het maakt de Staatscourant toegankelijker voor een breed publiek. De regering denkt op die manier per jaar 8,2 miljoen euro te kunnen besparen.

Begrijpelijk, vinden redactie en uitgever Sdu. Maar het gaat hen wel aan het hart. Vooral omdat maar weinigen op de hoogte zijn van de naderende verdwijning. „De Staatscourant is een monument, een instituut op zichzelf. Het ergste is dan op kousenvoeten dood te gaan”, zegt Van Rossum, zelf zeventien jaar werkzaam bij de krant.

De Staatscourant werd in 1813 door koning Willem I opgericht, 1 januari 1814 verscheen het eerste nummer. In twee eeuwen heeft de krant zich ontwikkeld van een propagandamiddel voor de koning tot een volgens velen betrouwbare, degelijke „officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden.” Vijfmaal per week verschijnt de krant in een oplage van zo’n 6000. Per dag lezen ongeveer 40.000 ambtenaren, beleidsmakers en notarissen de Staatscourant.

Het oudste landelijke dagblad van Nederland heeft de wettelijke taak om ministeriële regelingen en algemeen bindende voorschriften te publiceren. Pas als die regels in de papieren Staatscourant zijn verschenen, hebben ze rechtsgeldigheid. Die voorwaarde verdwijnt met de nieuwe wet.

„In de kern is het een prima wet”, zegt CDA-Kamerlid Schinkelshoek. „Het is een kwestie van service naar burgers toe. In het huidige tijdsbestek is niets efficiënter, sneller en doeltreffender dan internet. Maar het is de vraag of het zo radicaal moet. Nu zijn zowel elektronische als gedrukte publicaties rechtsgeldig. De regering laat met de nieuwe wet dit principe van nevenschikking in één keer los en kiest voor het principe van bovenschikking: uitsluitend bekendmaking via internet is straks rechtsgeldig.” Schinkelshoek vindt dat iets te snel gaan.

En daarom heeft hij een plan bedacht. Het concept is eenvoudig: op kosten van de overheid blijft het katern met de overheidsbesluiten voorlopig, als aanvulling op de elektronische versie, in papieren vorm bestaan. En mogelijk ziet een ondernemer dan vervolgens brood in een katern met nieuwsduiding, zo hoopt het Kamerlid. Op die manier kan zo’n „papieren back-up” wellicht dienen als opstapje naar weer een volwaardig staatkundig dagblad.

Schinkelshoek, ooit hoofdredacteur van de Haagsche Courant, praat met waardering over „de kwaliteit” van de Staatscourant. Met liefde ook; over het formaat, A3, over het mooie roze papier. „Maar het is niet alleen nostalgie”, verzekert hij. „Ik wil de krant in een papieren versie behouden omdat ik onverwoestbaar geloof in het gedrukte papier. Belangrijke wetten, een nieuwe Grondwet, die moeten worden gelezen, niet gescrold of gescand.”

De redactie is „erg blij” met de steun van Schinkelshoek. Zelf heeft de redactie inmiddels Club 1814 opgericht, een comité van „vrienden van de Staatscourant.” „Op die manier vragen we aandacht voor de mogelijke verdwijning van onze krant”, zegt Van Rossum. Stiekem hoopt de redactie op steun om in min of meer dezelfde vorm als nu door te kunnen gaan.

Toen Schinkelshoek hoorde van het initiatief zei hij onmiddellijk: „Ik behoor bij de Club 1814.” Hij leest de Staatscourant dagelijks, gebruikt soms artikelen voor zijn Kamerwerk. „De vrije pers is veel meer geïnteresseerd in relletjes. Met de nuchtere en goede duiding van nieuwe regels en wetten vult de krant voor ambtenaren en Kamerleden een niche”, weet hij. „Eigenlijk is de Staatscourant gewoon te goed om zomaar te laten verdampen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer