EU-beleid tegen terrorisme ligt onder vuur
STRAATSBURG - Een akkoord met de VS over uitwisseling van passagiersgegevens. Voorschriften ten aanzien van vloeistoffen in de handbagage. Het Europees Parlement wil op deze punten een andere aanpak. Maar het heeft op het EU-antiterrorismebeleid geen invloed en daarover heerst onder de leden frustratie.
Het EP aanvaardde woensdagmiddag in Straatsburg een resolutie waarin het de Europese Commissie verzoekt de maatregel die bepaalt dat luchtreizigers maar in zeer beperkte mate vloeibare substanties bij zich mogen hebben aan boord, te herzien of, als zij het nut ervan niet overtuigend kan aantonen, in te trekken. De omstreden regelgeving geldt sinds november 2006, nadat in Londen kwaadwillenden hadden geprobeerd op genoemde wijze explosieven een toestel in te smokkelen. Miljoenen flessen, potjes, tubes en soortgelijke spullen zijn inmiddels in beslag genomen en vernietigd.De controles roepen irritatie op, veroorzaken oponthoud en vormen een flinke belasting voor de vliegvelden. En wat leveren ze voor de veiligheid op? Alleen schijnzekerheid, zeggen de tegenstanders van de restricties, want met de huidige apparatuur kun je wel de hoeveelheid van de vloeistof vaststellen, maar niet of er ontplofbare elementen in zitten. Weg dus met deze verordening, bepleit het Parlement. Of het gehoor vindt, is zeer de vraag. In ieder geval beschikt de betrokken instelling niet over de bevoegdheid iets af te dwingen bij dit onderwerp.
Eveneens een heikele kwestie, die al enkele jaren speelt, betreft een overeenkomst tussen de EU en de VS op grond waarvan Europese luchtvaartmaatschappijen een reeks gegevens van personen die zij vervoeren naar Amerika, onder meer creditcardnummer en e-mailadres, moeten doorsluizen naar de autoriteiten daar. Voor een meerderheid van het EP gaat dat te ver.
Die beschouwt het als een ongeoorloofde inbreuk op de privacy en schakelde in 2004 zelfs het Europesexxx Hof van Justitie in. Dat gelastte heronderhandelingen, omdat in de ogen van de rechter de juridische grondslag van de gemaakte afspraken niet deugde. Maar een eind juli in werking getreden nieuwe versie brengt naar de opvatting van de critici geen verbetering. Ook op dit vlak heeft het EP echter niets te vertellen. De Europese Commisie voerde namens de 27 landen het overleg en die keurden het pakket vervolgens goed.
Het EP staat onder de huidige werkwijze van de Unie bij het antiterrorismebeleid formeel buitenspel. In een debat dat het woensdagmorgen wijdde aan de strategie op dit terrein werden Commissie en Raad, het orgaan waarin de ministers met elkaar zakendoen, van diverse zijden verzocht het Parlement meer bij hun plannen en hun handelen te betrekken.
Vooral afgevaardigde In ’t Veld van D66 luidt hierover keer op keer de alarmbel. Zij hanteert dan ook scherpe bewoordingen: „Er is geen democratische controle. Regeringen verschuilen zich achter het staatsgeheim. Het is onaanvaardbaar dat de overheid steeds meer onbegrensde en ongecontroleerde bevoegdheden krijgt onder het voorwendsel van veiligheid.” Blokland (CU-SGP) vroeg om „consequente en regelmatige informatieverstrekking, desnoods achter gesloten deuren.”
De bestaande praktijk behoort in 2009 overigens tot het verleden. Het dit najaar door de regeringsleiders af te sluiten nieuwe verdrag zal het EP namelijk ook in de sfeer van justitie medebeslissingsrecht verschaffen.
In algemene zin klonk er woensdag van de kant van de volksvertegenwoordigers stevige kritiek op de opstelling van de EU in de strijd tegen de terreurdreiging. Die richtte zich vooral tot de Raad. Wiersma van de PvdA bijvoorbeeld had het over „weinig voortgang” en „gebrek aan urgentie.” Er is betere samenwerking nodig tussen de lidstaten, was een eveneens veel gehoorde opmerking. Dat het allemaal niet vlot en soepel loopt, wordt geïllustreerd door het feit dat er nog steeds niemand is benoemd om vanuit Brussel de coördinatie te bevorderen. De Nederlander De Vries trad in maart terug uit die functie. Over een opvolger bleef het tot dusver stil.
Het Parlement verlangt een totaalevaluatie van alle maatregelen die zijn getroffen sinds 11 september 2001. Op die manier kan het beoordelen of die noodzakelijk waren en of ze effect sorteren. Eurocommissaris Frattini (Justitie) liet weten best daaraan te willen meewerken, maar hij voegde eraan toe dat het niet mag uitdraaien op een afzwakking van de inspanningen om terroristen op te sporen en te vervolgen.
Verder verwees hij graag naar de actualiteit. In Denemarken en Duitsland vond deze week de arrestatie plaats van een aantal personen die aanslagen beraamden. „Daaruit blijkt toch weer dat we wel degelijk resultaten boeken”, hield hij de sceptische parlementariërs voor.