„Nooit besloten tot vertrek uit Uruzgan”
WEZEP - Het vorige kabinet heeft besloten om voor twee jaar militairen uit te zenden naar Uruzgan. Dat betekent echter niet automatisch dat ze na twee jaar ook weer weggaan. „De NAVO heeft gevraagd of Nederland daar blijft. Daar valt met ons over te praten, alleen niet in de huidige vorm.”
Dat zei minister Van Middelkoop van Defensie gisteren in Wezep na de presentatie van het boek ”Uruzgan. Militair, mens, missie” van RD-journalist Riekelt Pasterkamp.In dat boek betoogt zijn voorganger Kamp dat hij „heel bewust” afspraken heeft gemaakt met de NAVO dat Nederland twee jaar in Uruzgan blijft, „en niet langer. (…) Verder spraken we af dat de opvolging een klus is voor de NAVO.”
Van Middelkoop stelde gisteren dat het kabinet nooit heeft besloten om na augustus 2008 te stoppen met de missie. Kamp houdt desgevraagd vol dat hij heeft geregeld dat de missie twee jaar zou duren. Dat neemt niet weg dat het kabinet de ruimte heeft om de missie toch te verlengen, erkent hij. „Je kunt desnoods besluiten door te gaan, in dezelfde vorm, met minder mensen of juist met meer.”
De opvolging van Nederland in Uruzgan na augustus volgend jaar is inderdaad de eerste verantwoordelijkheid van de NAVO, zei Van Middelkoop gisteren. „Maar de NAVO wil dat Nederland in Uruzgan blijft. Met ons valt daar serieus over de praten, alleen niet in de huidige vorm.” Het kabinet zoekt momenteel een ander land dat de Nederlandse militairen in Afghanistan wil bijstaan.
De missie verloopt „geheel volgens de verwachtingen”, aldus de bewindsman. Hij vindt dat mensen die kritiek hebben op de trage wederopbouw in Uruzgan te veel door een westerse bril naar Afghanistan kijken. „Laten we ons geduld bewaren. Er zijn daar geen snelle, geweldige successen mogelijk. Hier duurde het ook lang voor de verzorgingsstaat was opgebouwd.”
Het is de minister in het boek van Pasterkamp opgevallen dat „meer dan één militair in het geloof een legitimatie, een Bijbelse rechtvaardiging zoekt voor het werk in Uruzgan.”