Cultuur & boeken

Adam en de drie ambten van Christus

In ”Woord, Rijk en schepping” pretendeert Willem Nieboer een fundament te leggen voor het benaderen van hedendaagse vragen en problemen. Dit fundament legt hij in de algemene genade. Hij werkt dit uit aan de hand van de drie ambten profeet, priester en koning. Met dit laatste maakt hij echter een niet onbegrijpelijke, maar wel principieel onjuiste overschrijding.

Ds. W. van Weelden
5 September 2007 09:38Gewijzigd op 14 November 2020 05:04

In het boek werkt de auteur de opdracht van het drievoudig ambt aan Adam uit. Het tweede deel gaat over de zonde en zijn gevolgen. In een derde deel richt hij zich op het misbruik van de schepping en de strijd tegen het Woord. In een laatste deel trekt hij de consequenties vanuit zijn gereformeerde geloofskader. Een van de laatste zinnen uit zijn werk luidt: „We ontvangen uit genade ambtsherstel en mogen gaan lijken op onze Verlosser.” In deze zin toont hij het deficit van zijn boek. Er zitten in deze zin namelijk twee theologisch samenhangende gebreken.Adam is goed geschapen. Het is een vondst van Nieboer om de drie ambten van Christus -profeet, priester en koning- terug te lezen in Adam. Daarbij is echter wel een probleem. In het Oude Testament zien wij dat mensen een ambt opgelegd krijgen. Er zijn profeten, priesters en koningen. Soms komt het voor dat een persoon twee ambten tegelijk bekleedt. Ik denk bijvoorbeeld aan Melchizedek.

In de Heere Jezus Christus zien wij de ambten uit het Oude Testament samenkomen in één persoon. Het ambt hoort bij de bijzondere openbaring van de Zoon van God. In zondag 12 van de Heidelbergse Catechismus wordt de band tussen Christus en de christen gelegd via de drie ambten. Maar dat is enkel in het geloof. De overplanting van dit heilswerk aan een kind van God naar de natuurlijke mens is nergens in de Schrift terug te vinden. Zoals ook Nieboer zelf voorvoelt op pag. 23.

Allereerst wordt zo het gewicht van de zonde niet gekend. Men komt niet meer uit bij het kruis, maar bij eigen falen en feilen. Dit is het grootste bezwaar tegen dit boek. Het overbrengen van de verdienste van Christus naar Adam in het paradijs is een ontkenning van het verlossingswerk van Christus. We zien dan ook een fatale verwisseling van de band die mensen hebben met Adam en de gelovigen met Christus.

Van Adam belijden wij dat wij van dezelfde lap gescheurd zijn. Wij zijn met Adam verbonden door vlees en bloed. Voor de zonde van Adam hoeven wij niet terug naar het paradijs. We kunnen te rade gaan bij ons eigen hart. De band met Adam ligt in zijn woord: vlees van mijn vlees en been van mijn been. De band met Adam ligt in de schepping. De band met de Heere Jezus Christus is echter niet door het bloed, maar via het ambt. Daar staat het geloof tussen.

Zondag 12 bindt het ons op het hart dat wat ons bindt met de Heere Jezus Zijn drievoudig ambt is. De Heere Jezus is waarlijk Gods Zoon en wij niet. Nieboer heeft dit omgedraaid. Onze binding met Adam is via de drie ambten. De binding met Christus is dan dat wij het evenbeeld van Hem vertonen. Totale omkering. Algemene en bijzondere openbaring komen immers samen aan de voet van het kruis. „Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u dan Jezus Christus en Dien gekruisigd.”

N.a.v. ”Woord, Rijk en schepping. Een gereformeerd geloofskader”, door Willem Nieboer; uitg. in eigen beheer; ISBN 978 90 9021249; 192 blz.; € 12,50.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer