Tbs geëist tegen vrouw die kinderen wilde verdrinken
AMSTERDAM (ANP) – Justitie heeft donderdag bij de rechtbank in Amsterdam tbs met dwangverpleging geëist tegen de vrouw die in april in Amsterdam zichzelf en haar twee kinderen probeerde te verdrinken. Volgens de officier van justitie poogde de 35–jarige Sara D. haar 5–jarig zoontje en 1–jarig dochtertje „opzettelijk en met voorbedachte rade om het leven te brengen".
De vrouw nam op 15 april kalmeringsmiddelen, waaronder valium, en gaf die ook aan haar kinderen. Daarna gooide ze haar dochter in het water aan de Jacob Catskade en sprong er zelf met haar zoon achteraan. Omstanders haalden de drie weer aan wal. Toen D. probeerde haar zoon opnieuw mee het water in te sleuren, wisten aanwezigen dat te voorkomen. „Waarom heb je me gered? Hij moet dood. Hij mag niet leven", riep ze daarbij volgens getuigen.De vrouw had in de voorgaande jaren al verscheidene keren geprobeerd zichzelf om te brengen, zo bleek tijdens de zitting. Daarbij gebruikte ze kalmeringsmiddelen die ze meenam uit de apotheek waar ze werkte.
De Surinaams–Indiase D. groeide op met een autoritaire vader, voor wie ze altijd bang was. Ze trouwde met een Egyptische man. Die sloeg zowel haar als de kinderen, verklaarde D. tijdens verhoren. Ze mocht weinig de deur uit. Hoewel hij werkloos was en zij 1700 euro per maand verdiende, mocht ze daar bovendien maar 10 euro per week van houden om op haar werk te lunchen.
Een psychiater verklaarde dat D. een „ernstige depressieve stoornis" heeft met „psychotische kenmerken". „Ze heeft een waardeloosheidsgevoel, zo erg dat het wanen zijn. Ze heeft heel erg negatieve gedachten over zichzelf". Volgens hem was de vrouw tijdens haar daad dan ook niet toerekeningsvatbaar.
Deze deskundige had aangeraden om D. tbs met dwangverpleging op te leggen. De kans op herhaling is namelijk groot, zo stelde hij. Ook hadden meer vrijblijvende behandelingen in het verleden niet goed gewerkt. „Ze houdt zich niet aan afspraken en onttrekt zich aan medicatie", aldus de psychiater.
De advocaat van de verdachte was tegen deze maatregel. Volgens hem zou een minder rigoureuze opname in een psychiatrische kliniek beter zijn. Ook stelde hij dat zijn cliënte haar kinderen niet met voorbedachte rade had willen vermoorden, maar impulsief tot haar daad was gekomen. D. viel halverwege de zitting overigens flauw en verliet daarna de zaal.