Nu de Raad van State het beroep van Boogbrug Vianen heeft verworpen, kan het kunstwerk worden gesloopt. Eigenaar Rijkswaterstaat wil graag af van de boogbrug. Het onderhoud zou in een periode van honderd jaar 53 miljoen euro kosten.Volgens de Stichting Boogbrug Vianen heeft Rijkswaterstaat de gemeenten Vianen en Nieuwegein bang gemaakt met dit hoge bedrag. Daarom zouden de gemeentebesturen, evenals andere instanties, een negatief monumentenadvies hebben gegeven.

De Raad van State schrijft in de uitspraak dat de stichting deze beschuldiging niet hard heeft weten te maken. Het rechtscollege gaat ervan uit dat de onderhoudskosten geen rol hebben gespeeld bij de beslissing over het niet verlenen van de monumentenstatus. De hoogste bestuursrechtbank vindt verder dat voormalig staatssecretaris van Cultuur Van der Laan mocht afgaan op de adviezen van deskundigen dat de oude Lekbrug niet bijzonder genoeg is om te behouden.

Wim van Sijl van de Stichting Boogbrug Vianen reageert teleurgesteld op de uitspraak van de Raad van State. „De Lekbrug is een keerpunt in de geschiedenis van de Nederlandse bruggenbouw. Hij is de eerste die van plaatmateriaal is vervaardigd. Daarvoor werd altijd gebruikgemaakt van vakwerkconstructies.”

Volgens Van Sijl is het ook bijzonder dat in de pijlers kazematten zaten, die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden gebruikt. „De brug was onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. In 1945 is hij door geallieerden vernietigd. Daarna is hij herbouwd.”

De Lekbrug maakt deel uit van een serie van twaalf bruggen die de stichting wilde behouden. Onder de twaalf bruggen viel ook de Waalbrug bij Zaltbommel. De stichting kon de sloop van deze brug niet tegenhouden.

De stichting denkt dat de brug bij Vianen goed kan worden gebruikt voor fietsers en voetgangers en voor het doortrekken van een tramverbinding van Nieuwegein naar Vianen.