Mantelzorgers in problemen door strenge bijstandregels
BUNNIK (ANP) - Mensen in de bijstand die mantelzorg krijgen of zelf een zieke vriend of buurvrouw helpen, komen vaker in de knel doordat gemeenten hen verdenkt van stiekem samenwonen.
Belangenorganisatie Mezzo maakt zich zorgen over de problemen die de mantelzorgers hebben als zij de zorg voor een naaste moeten combineren met een baan of als ze een uitkering ontvangen.Directeur Arie Ouwerkerk van Mezzo heeft daarom met minister Donner en staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken een gesprek aangevraagd. Ook wil hij hen uitnodigen om met mantelzorgers en hun problemen kennis te maken. Zo wil Mezzo op 10 november op de Dag van de Mantelzorg speciaal bijeenkomsten organiseren over mantelzorg en werk.
Mezzo laat momenteel onderzoeken wat de voornaamste knelpunten en behoeften zijn van werkende mantelzorgers. Wel is volgens Ouwerkerk al duidelijk dat vooral de strengere uitvoering van de bijstand, sinds gemeenten in 2004 volledig financieel verantwoordelijk zijn voor de uitkeringen, regelmatig zorgt voor schrijnende situaties.
Volgens Ouwerkerk kan de Wet werk en bijstand (WWB) eenvoudig worden aangepast om mantelzorgers te ontzien. Volgens de wet hebben alleenstaanden recht op een uitkering van het minimumloon, terwijl samenwonenden elk 50 procent krijgen. Ook worden mensen in het geval van een ouder-kindrelatie of een broer-zusrelatie die samenwonen om voor elkaar zorgen, nu niet gekort.
Volgens de Mezzodirecteur zou deze ontheffing moeten gelden voor iedereen in de bijstand die tijdelijk samenwoont om voor iemand te zorgen of om zelf zorg te krijgen. Hij wijst erop dat dit al geregeld is in de AOW. „Het is oneerlijk dat je wel gekort wordt op je uitkering omdat je zorgt voor een goede vriend, en niet als het om een broer of zus gaat of als je gepensioneerd bent.”
Bovendien worden mensen nu in de ogen van Ouwerkerk gestraft als ze iets goeds doen, terwijl de overheid juist van burgers vraagt meer voor elkaar te zorgen. Daarbij wijst hij ook op de dit jaar ingevoerde Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), waardoor gemeenten verantwoordelijk zijn voor het mantelzorgbeleid.
Volgens de Mezzodirecteur zijn de bijstand en de WMO onvoldoende op elkaar afgestemd. Gemeenten worden volgens hem nu vooral geprikkeld om het aantal uitkeringen zo laag mogelijk te houden. Mezzo krijgt geregeld klachten binnen van mensen in de bijstand die te horen krijgen dat ze kunnen werken zodra ze mantelzorg verlenen. Volgens Ouwerkerk moeten bijstandsgerechtigden sneller een ontheffing van de sollicitatieplicht kunnen krijgen in het geval van mantelzorg.
Tweede Kamerlid Omtzigt van het CDA wil ook dat mantelzorgers die met de bijstand te maken hebben, gevrijwaard worden van bijvoorbeeld vragen over hoe vaak er samen gegeten wordt. „Mensen moeten elkaar in alle vrijheid kunnen ondersteunen.” Hij vreest dat het verliezen van een uitkering een obstakel wordt voor mensen om zo lang mogelijk thuis te blijven in plaats van in een verpleeghuis te belanden. Hij gaat daarom opheldering vragen aan Aboutaleb en staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid).