Vertroosting
Er is een voorrecht en vertroosting die Gods kinderen hebben in de dingen die in de dood zo verschrikkelijk zijn. U zult merken dat het voorrecht veel groter en sterker is dan die dingen die verschrikkelijk zijn. Wij zien aangaande de grond van de vrede en vertroosting van Gods kinderen in hun sterven Gods alles besturende voorzienigheid.
God gaat over de kleinste omstandigheden die de dood van een gelovige betreffen. Hij zegt immers: „Kostelijk is in de ogen des Heeren de dood Zijner gunstgenoten.” Hij ziet hun dood aan als een zaak van een bijzondere aangelegenheid. De tijd, de ziekte, de manier van sterven, hetzij een natuurlijke of een gewelddadige dood, een kwijnende of een haastige dood, al deze dingen zijn bij God bepaald en besloten. David zegt in Psalm 15:16: „Mijn tijden zijn in Uw hand.” Het deel dat hij aan God heeft, verzoet voor hem alles en vertroost hem ook tegen de vervolging van zijn vijanden.Het is daarom niet in de handen van een mens om zijn leven te beëindigen, maar dat is in Gods hand. Toen Johannes vreesde te sterven, legde Jezus Zijn hand op hem en zeide: „Vrees niet…, Ik heb de sleutels der hel en des doods” (Openbaring 1:17-18).
James Durham, predikant te Glasgow (”De zaligheid der doden die in de Heere sterven”, 1735)
