De Aziatische Ontwikkelingsbank (ADB) heeft dit gisteren gemeld bij de opening van een tweedaagse conferentie die de bank samen organiseert met het International Food Policy Research Institute (IFPRI).IFPR-directeur Joachim von Braun constateerde dat miljoenen mensen zich aan armoede hebben ontworsteld, „maar miljoenen anderen, speciaal in landbouwgebieden, resteren.” Beide instanties hameren er op dat nieuwe benaderingen, gekoppeld aan innovatieve beschermingsmaatregelen, nodig zijn om de groei buiten de grote steden, met name in de landbouwsector, te bevorderen.

De snel veranderende voedselmarkt biedt volop gelegenheid voor bijvoorbeeld fruit, groenten en zuivelproducten, biobrandstof en verwante producten die indirect met landbouw te maken hebben. De voorspelling is dat in 2015 Azië wereldwijd de helft van de armen zal tellen, met ongeveer driekwart van hen wonend in landelijke gebieden.

Tegelijkertijd luidt de prognose dat Azië dan bijna de helft van het mondiale bruto binnenlands product voor zijn rekening zal nemen, stelt de ADB. De vicepresident van ADB, Lawrence Greenwood, noemde het ironisch dat de opmerkelijke economische groei in Azië, die aanvankelijk gebaseerd was op grote aanwas in de landbouwsector, nu bijdraagt aan groeiende ongelijkheid tussen de grote stad en het platteland. Greenwood waarschuwde dat die groeiende kloof „op den duur economisch noch politiek houdbaar is.”

De ADB is van plan de komende jaren de kredieten voor de landbouw en aanverwante sectoren aanzienlijk te verhogen. In 2006 leende de bank al 580 miljoen euro, vier keer zo veel als in 2003.